Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen
Gezondheid en Welzijn
campus Spoor Noord Noorderplaats
Noorderplaats 2 - 2000 Antwerpen
gw@ap.be
Sociale wetenschappen 1.210070/1622/1819/1/17
Studiegids

Sociale wetenschappen 1.2

10070/1622/1819/1/17
Academiejaar 2018-19
Komt voor in:
  • Bachelor in de verpleegkunde (flex), trajectschijf 1
  • Bachelor in de verpleegkunde: werkstudenten (afbouw)
In andere opleidingen:
  • Bachelor in de verpleegkunde (4j ) als Sociale wetenschappen 1.2
Dit is een enkelvoudig opleidingsonderdeel.
Studieomvang: 3 studiepunten
Titularis: Vanceulebroeck Valérie
Andere co-titularis(sen): Janssens Inge, Present Evy, van Gils Yannic, Vermeiren Sofie
Co-titularis(sen) zijn nog niet (allemaal) gekend.
Onderwijstalen: Nederlands
Kalender: Semester 2
Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).
Mogelijke grensdata voor leerkrediet: 11.03.2019 (2de semester)
Tweede examenkans: wel mogelijk.
Delibereerbaarheid: Voor dit opleidingsonderdeel moet je slagen (wordt nooit gedelibereerd).
Totale studietijd: 75,00 uren

Volgtijdelijkheid

Op dit opleidingsonderdeel is er geen volgtijdelijkheid van toepassing.

Begincompetenties (tekst)

Voorafgaand aan dit OLOD dient de student volgend OLOD te hebben gevolgd: Sociale Wetenschappen 1.1

OLR-Leerdoelen (lijst)

De student kan het ziekte-inzicht van de zorgvrager observeren. Hij verwoordt de invloed hiervan op de zorgsituatie (1.3.B.1) (niveau 2)
De student kan de invloed van gedrag op gezondheid in een specifieke zorgsituatie verwoorden (1.4.B.1) (niveau 2)
De student kan een zorgsituatie rapporteren aan de verantwoordelijke (1.5.B.1) (niveau 1)
De student kan een zorgsituatie verantwoorden aan de verantwoordelijke (1.5.B.1) (niveau 1)
De student kan feedback analyseren. Hij toont de basisvaardigheden in het geven van feedback aan teamleden (1.5.B.1) (niveau 2)
De student kan de invloed van de visie van de zorgvrager en zijn omgeving op noden en behoeften benoemen (2.1.B.1) niveau 1)
De student kan de waarden en normen van de zorgvrager verwoorden. De student kan de interactie hiervan met de omgeving beschrijven (2.1.B.1) (niveau 1)
De student kan de zorgvrager en zijn omgeving motiveren tot een levenswijze op maat (2.1.A.2) (niveau 1)
De student kan handelen vanuit de individuele noden en behoeften van de zorgvrager (2.3.A.3) (niveau 1)
De student kan adequaat feedback geven en ontvangen, rekening houdend met de basisvaardigheden voor het geven en ontvangen van feedback (1.5.B.1) (niveau 1)
De student kan de sociale en communicatieve vaardigheden in een zorgsituatie analyseren. De student benoemt hun betekenis in de zorgsituatie (1.7.B.1) (niveau 1)
De student kan de principes van reflectie toepassen (3.2.A.3) (niveau 1)

Leerinhoud

Binnen dit OLOD worden een aantal items in de praktijk uitgewerkt aan de hand van VERPLICHTE oefensessies. Telkens komt een item aan bod waarbij de theorie van SW1.1 wordt gebruikt als basis voor het uitwerken van een casus. Daarnaast komen een aantal nieuwe thema’s aan bod zoals het wapengebruik ( ~communicatie ) in een zorgsituatie, lichaamshouding, rapportage, assertiviteit, relatie, groepsdynamica, leiderschap en flexibiliteit.

  • Reflecteren: Door te leren reflecteren ga je als student je praktijkervaring integrerend verbinden met je al aanwezige kennis en opvattingen. Je eigen denkkader zet je even aan de kant om op een nieuwe manier te gaan kijken naar ‘vanzelfsprekendheden’.
  • Referentiekader: Een referentiekader is het geheel van opvattingen, waarden en normen, ervaringen op grond waarvan we handelen en de omgeving gaan beoordelen. Een persoon wordt gevormd door zijn opvoeding, de groep waartoe hij behoort, zijn cultuur, zijn scholing en levenservaring. Ook de taal en de stijl van leven zijn medebepalend. Ieder heeft dus een eigen referentiekader waarmee je de ander tegemoet komt.
  • Waarden en normen: In dit hoofdstuk ga je vanuit de cultuur kijken naar de waarden en normen die daarbij horen. Zo krijg je zicht op hoe deze cultuur de samenleving organiseert en hoe gedragspatronen groeien. Waarden en normen zijn belangrijke onderdelen van cultuur en komen in elke samenleving voor. Zij beïnvloeden het dagdagelijks denken en doen van de mensen in de samenleving, ook binnen de zorgsituatie.
  • Principes van communicatie: Communicatie is niet enkel het verschaffen van informatie maar ook een basis bieden voor emotioneren steun en zorg. Als verpleegkundige dien je vertrouwd te zijn met de principes hiervan.
  • Evaluatie en feedback: Feedback betekent terugkoppeling, het is een aanvaardbare manier om de ander te laten weten hoe je zijn gedrag ervaart, welk effect het heeft op jou en welk gedrag je liever zou zien. Feedback is een cruciaal thema binnen je rol als verpleegkundige en in het omgaan met alle partijen die bijdragen tot de bereiken van een optimale zorgsituatie.
  • Rapporteren: Een zorgsituatie duurt 24 op 24 u en vraagt een vlotte en efficiënte wijze van communiceren en rapporteren.
  • Wapengebruik en open communicatie: Zowel de zorgverlener als de zorgvrager gaan al dan niet bewust wapens inzetten in de communicatie. Het is zinvol om in de rol van verpleegkundige bewust om te gaan met deze aspecten van communicatie.

Studiematerialen (tekst): Verplicht

Cursus 'Sociale wetenschappen 1.2'

Onderwijsorganisatie

Werkvormen
Hoor- en/of werkcolleges4,00 uren
Practicum en/of oefeningen10,00 uren
Werktijd buiten de contacturen61,00 uren

Toetsing (lijst)

Evaluatie(s) voor de eerste examenkans
MomentVorm%Opmerking
Semester 2Kennistoets50,00
Semester 2Projectopdracht permanent (Permanente evaluatie)50,00
Evaluatie(s) voor de tweede examenkans
MomentVorm%Opmerking
Tweede examenperiodeKennistoets100,00

Toetsing (tekst)

Eerste examenkans:
De evaluatie van Sociale Wetenschappen 1.2 bestaat uit twee delen.

Deel 1 (50%): Tijdens de sessies ‘Begeleide Praktijk’, ontwikkel je een evaluatiebundel die op het einde van semester 2 zal geëvalueerd worden, samen met de attitude, kennis en vaardigheden die tijdens de sessies ‘Begeleide Praktijk’ gedemonstreerd werden.(verdere evaluatiecriteria hiervoor vind je in de syllabus SW 1.2). Dit is de ‘projectopdracht permanent’.
De sessies BP van SW 1.2 hebben een verplichte aanwezigheid. Bij afwezigheid dienen de richtlijnen uit de syllabus SW 1.2 opgevolgd te worden. De afwezigheid dient gewettigd te worden vanaf de eerste dag volgend op de afwezigheid. Studenten dienen minimum 50% van de sessies aanwezig te zijn om te kunnen slagen. Indien zij geen 50% aanwezig waren, halen zij maximum 9/20 voor het onderdeel Begeleide Praktijk (projectopdracht permanent).



Deel 2 (50%): Daarnaast is er een examen met kennis- en casusvragen. Dit examen duurt 2 uur en bestaat uit vragen over de leerstof van de cursus ‘Sociale Wetenschappen 1.2’. Hierin komt ook de theoretische leerstof aan bod die aan bod kwam in de Begeleide Praktijksessies (en niet reeds in SW 1.1 aan bod kwam). Hierover worden casusvragen gesteld. 

Tweede examenkans:
Schriftelijk examen: kennistoets. Hierbij wordt op het examen een casus aangeboden met bijgaande vragen en kennisvragen uit alle onderdelen van de cursus SW 1.2. Dit examen duurt 2 uur.