Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen
Gezondheid en Welzijn
campus Spoor Noord Noorderplaats
Noorderplaats 2 - 2000 Antwerpen
gw@ap.be
Wetenschappelijke praktijkvoering 610576/1600/1819/1/12
Studiegids

Wetenschappelijke praktijkvoering 6

10576/1600/1819/1/12
Academiejaar 2018-19
Komt voor in:
  • Bachelor in de vroedkunde, trajectschijf 3
Dit is een enkelvoudig opleidingsonderdeel.
Studieomvang: 3 studiepunten
Titularis: Meyvis Inge
Andere co-titularis(sen): Brouns Miek, De Bock Vanessa, Driessen Els, Lambers Sabine, Mestdagh Eveline, van Asseldonk Fieke, Vanden Bergh Leen, Van Leugenhaege Luka
Onderwijstalen: Nederlands
Kalender: Semester 1 of Semester 2
Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).
Mogelijke grensdata voor leerkrediet: 15.10.2018 (1ste semester) of 11.03.2019 (2de semester)
Tweede examenkans: wel mogelijk.
Delibereerbaarheid: Voor dit opleidingsonderdeel moet je slagen (wordt nooit gedelibereerd).
Totale studietijd: 78,00 uren

Volgtijdelijkheid

geslaagd voor Wetenschappelijke praktijkvoering 3 EN geslaagd voor Wetenschappelijke praktijkvoering 4.

Begincompetenties (tekst)

Voorafgaand aan dit opleidingsonderdeel dient de student de volgende opleidingsonderdelen te hebben gevolgd:
Wetenschappelijke praktijkvoering 5
Voorafgaand aan dit opleidingsonderdeel dient de student de volgende opleidingsonderdelen te hebben afgerond:
Wetenschappelijke praktijkvoering 3
Wetenschappelijke praktijkvoering 4

Eindcompetenties (tekst)

In het DLR van de opleiding Vroedkunde zijn de 11 leeresultaten afgezet tegen de Dublin-descriptoren voor de bachelor opleiding. De opleiding Vroedkunde baseert zich in de uitwerking van het programma op 8 kerncompetenties onderverdeeld in deelcompetenties (DC's) waarin vervolgens de benodigde attitudes, kennis en vaardigheden worden aangeduid. De 8 KC’s sluiten goed aan en zijn geconcordeerd t.o.v. de leerresultaten in het Vlaamse opleidingsprofiel dd. 2014. Alle elementen uit het kader zijn aantoonbaar terug te vinden in de 8 KC’s die de opleiding hanteert.

In dit opleidingsonderdeel werkt de student aan de ontwikkeling van de volgende eindcompetenties:

Algemene competenties:
Flexibiliteit,objectiviteit,correctheid,respect,voorbeeldfunctie,besluitvaardigheid,zelfstandig handelen,effectiviteit,wetenschappelijke ingesteldheid,kritische ingesteldheid,samenwerkingszin,verantwoordelijkheidszin,reflectievermogen,professioneel zelfbewustzijn,leergierigheid 

Beroepsgerichte competenties:
voorwaarden scheppen, waaronder patiënten/cliënten hun integriteit kunnen handhaven en het recht op zelfbeschikking kunnen uitoefenen; zich een deskundig oordeel vormen, gekenmerkt door kennis, zorgvuldigheid, realisme en bescheidenheid; dit wil zeggen: de grenzen van de eigen medische competentie kennen; bereidheid tot toetsing en bijsturing van eigen gedrag met betrekking tot professionele en ethische normen

Beroepsspecifieke competenties:
  • Kerncompetentie 5:De vroedvrouw neemt haar verantwoordelijkheid op voor de organisatie van haar werk alsook voor haar werkdomein. Zij werkt als actief lid samen in de hele structuur. (niveau 3)
    • Deelcompetentie 5.2:plant en coördineert haar eigen werk, rekening houdend met de structuur waarin ze functioneert.
  • Kerncompetentie 6:De vroedvrouw neemt actief deel aan de bewaking en de bevordering van de kwaliteit van zorg en draagt bij tot de ontwikkeling ervan. (niveau 3)
    • Deelcompetentie 6.1:is op de hoogte van kwaliteitsnormen en handelt volgens deze criteria.
    • Deelcompetentie 6.6: beschikt over de basiskennis van onderzoeksmethodologie. Interesseert zich in het wetenschappelijk onderzoek in haar beroepsdomein en ondersteunt deze activiteiten binnen de mogelijkheden van de instelling. 
  • Kerncompetentie 7: De vroedvrouw streeft naar een op evidentie gebaseerde praktijkvoering vanuit een kritische reflectie op het eigen handelen. De vroedvrouw bezit leervaardigheden en attitudes die bijdragen tot levenslange professionalisering. (niveau 3)
    • Deelcompetentie 7.1: neemt een attitude tot levenslang leren
    • Deelcompetentie 7.2:reflecteert kritisch op het professioneel functioneren vanuit een wetenschappelijke houding van “evidence based midwifery”
    • Deelcompetentie 7.3:is in staat om het professioneel handelen wetenschappelijk te onderbouwen.
    • Deelcompetentie 7.4: is in staat het eigen handelen kritisch te beoordelen op de bijdrage tot effectiviteit en efficiëntie van de zorgverlening.
    • Deelcompetentie 7.5:is in staat om geschikte informatiebronnen te consulteren, relevante artikelen te selecteren en wetenschappelijke onderzoeksliteratuur te lezen; beschikt over de basiskennis van onderzoeksmethodologie.
    • Deelcompetentie 7.6: gebruikt relevante resultaten uit wetenschappelijk onderzoek in haar risicoselectie, verloskundig beleid, advisering en voorlichting.
    • Deelcompetentie 7.7: verleent haar medewerking aan onderzoeksprojecten en de registratie van gegevens die als doel hebben de praktijk van de perinatale zorgverlening te optimaliseren.
    • Deelcompetentie 7.8: ziet het als een ethische plicht om op evidentie gebaseerde zorg te verstrekken
  • Deelcompetentie 7.9: is overtuigd dat kwantitatieve en kwalitatieve onderzoeken elkaar aanvullen en dat zij beide bijdragen tot een meer wetenschappelijk gefundeerde praktijk.

Leerdoelen

De leerdoelen staan beschreven in de cursus.

Leerinhoud

Wetenschappelijke Praktijkvoering bereidt de studenten vroedvrouw voor op het omgaan met vernieuwde inzichten en het Evidence Based handelen. In semester 6 wordt de bachelorproef afgesloten met een opleidingsonderdeel overschrijdende literatuurstudie over een onderwerp dat gekoppeld is aan het opleidingsonderdeel 4 Gezondheidspromotie.

Studiematerialen (lijst)

Wetenschappelijke praktijkvoering 6Verplicht
  • Auteur: (praktijk)lectoren bachelor in de vroedkunde
Evidence-based practice voor verpleegkundigen: methodiek en toepassingVerplicht€ 40,50
  • Auteur: Cox, K., de Louw, D., Verhoef, J., Kuiper, C.
Onderzoek in de gezondheidszorgVerplicht€ 41,50
  • Auteur: E. Bakker, H. Van Buuren e.a.
Digitap APVerplicht
  • Auteur: AP Hogeschool Antwerpen

Studiematerialen (tekst): Verplicht

Zie studiematerialen (lijst)
Wetenschappelijke vakliteratuur wordt doorheen het semester bezorgd aan studenten.
Richtlijnen afstudeerproject worden opgnomen in de cursus.

Onderwijsorganisatie

Werkvormen
Practicum en/of oefeningen4,00 uren
Werktijd buiten de contacturen74,00 uren

Toetsing (lijst)

Evaluatie(s) voor de eerste examenkans
MomentVorm%Opmerking
Semester 1Afstudeeropdracht100,00
Semester 2Afstudeeropdracht100,00
Evaluatie(s) voor de tweede examenkans
MomentVorm%Opmerking
Tweede examenperiodeAfstudeeropdracht100,00

Toetsing (tekst)

Afstudeeropdracht: zie cursus wetenschappelijke praktijkvoering 6.
Om te kunnen slagen op dit opleidingsonderdeel dient de student te slagen op de drie afzonderlijke opdrachten genaamd 'indienen formulier onderzoeksvoorstel systematic review' en 'schrijven van een systematic review' en 'schrijven van een onderzoeksvoorstel'. Indien niet aan deze voorwaarden wordt voldaan, wordt een 0/20 toegekend op het opleidingsonderdeel wetenschappelijke praktijkvoering 6.

De tussentijdse deadlines voor het inleveren van de opdrachten van dit opleidingsonderdeel, zoals aangegeven in de cursus op digitap, dienen gerespecteerd te worden.

  •  Het missen van één van deze deadlines zal leiden tot een -3 op het totaalcijfer voor wetenschappelijke praktijkvoering 6
  •  Het missen van 2 of meerdere deadlines zal leiden tot een -5 op het totaalcijfer voor wetenschappelijke praktijkvoering 6

Voor verdere informatie: zie toetsplan bachelor in de vroedkunde en de toetsmatrijs van Wetenschappelijke praktijkvoering 6 (cfr. digitale leeromgeving).