In dit opleidingsonderdeel dat over 2 semesters loopt worden inhouden en vaardigheden op vlak van beweging, beeld, muziek, drama/taalexpressie en media geoefend op niveau van de student. Vaardigheidstoetsen of taken helpen de student om zijn/ haar competenties en persoonlijk ontwikkelingsplan te bepalen.

Beweging
In het domein beweging ligt de focus op het dansant en muzisch concept
1. Inzicht in de methodologie van de dansante vaardigheden en hierbij aangepaste oefenstof voor de
kleuterdoelgroep kunnen selecteren en in de praktijk kunnen aanbieden
1a- Op eigen niveau verschillende dansante vormen beheersen en optimaliseren 

1b-Een eenvoudig muziekstuk kunnen ontcijferen en van passende bewegingen voorzien ( kleuterniveau)  
1c- De muzische context binnen dansexpressie kunnen plaatsen en dit in een eenvoudige creatieve invulling kunnen aanbieden aan toeschouwers (doelgroep kleuters maar eigen niveau qua dansvaardigheden)

Beeld
Muzische opdrachten op eigen niveau rond beeldaspecten en technieken:
-Beeldaspecten: kleur, lijn, compositie, ritme, ruimte, textuur, vorm en licht
-Technieken: schildertechnieken, tekentechnieken, boetseertechnieken, hechtingstechnieken en druktechnieken

Muziek:
-Kleuterliedjes toonvast kunnen zingen
-Van de lage do t.e.m. de hoge re en met fa kruis en si mol op de blokfluit eenvoudige liedjes en speelstukjes spelen
-Op de blokfluit of klokkenspel (of in samenspraak met de lector) eenvoudige improvisaties kunnen en durven uitvoeren.
-Eenvoudige partituren lezen
-Basale kennis van theorie, en vormleer
-Eenvoudige ritmische structuren correct kunnen uitvoeren
-Zelf instrumenten aan hun klankkleur herkennen, en er kort iets over kunnen vertellen.

Drama:
Werken aan dramavaardigheden op eigen niveau:
-Kennismaking met verschillende spelvormen
-Spelen met verschillende dramatische werkvormen
-Verkennen van verschillende drama bouwstenen tijdens het spelen.
-Ontwikkelen van speeldurf en expressie.
-Ontwikkelen van mimische vaardigheden.
-Tijdens het spelen durven improviseren en inspelen

Taalexpressie:
- Verschillende soorten gedichten (verhalend, beschouwend, gevoelsgeladen, ritmisch) expressief voordragen
- Verhalen en prentenboeken expressief vertellen en de geschikte vertelvorm kiezen: voorlezen, interactief/vertellend voorlezen, vertellen met prenten of materiaal of verteltafel, dramatiserend vertellen.

Media:
-Opzoeken van en kennismaken met bronnen die van betekenis zijn voor media in de kleuterklas.
-Bewust en kritisch omgaan met beelden, klanken en beweging.
-Werken aan mediavaardigheden op eigen niveau.
-Werken met de muzische taal (bouwstenen) en technieken van media.

De evaluatie voor dit opleidingsonderdeel bestaat uit meerdere deelexamens. Als de student in de eerste examenperiode voor dit opleidingsonderdeel als geheel niet slaagt, maar voor één of meerdere deelexamens een deelcijfer behaalt dat ten minste 10 op 20 bedraagt, dan wordt dit deelcijfer overgedragen naar de tweede examenperiode en moet de student dit deelexamen niet opnieuw afleggen in de tweede examenperiode. De deelexamens waarvoor de student in de eerste examenperiode minder dan 10 op 20 behaalde, moet hij wel opnieuw afleggen in de tweede examenperiode.

Wanneer de student afwezig is op een deelexamen en geen recht heeft op een inhaalexamen, dan krijgt hij voor dit deelexamen de code “F” van “Fail”. Indien de student een code “F” krijgt voor dit deelexamen, resulteert dit in een code “F” van “Fail” voor het gehele opleidingsonderdeel en slaagt de student bijgevolg niet voor dit opleidingsonderdeel.
Wanneer de student een deelcijfer behaalt voor dit deelexamen dat kleiner is dan 9,5/20, dan krijgt de student als eindresultaat voor het gehele opleidingsonderdeel eveneens een code “F” van “Fail” waardoor de student niet slaagt voor dit opleidingsonderdeel.