Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen
Koninklijk Conservatorium Antwerpen
campus Desguinlei
Desguinlei 25 - 2018 Antwerpen
T +32 3 244 18 00 - F +32 3 238 90 17
conservatorium@ap.be
Vakdidactiek initiatie11972/1729/1920/1/53
Studiegids

Vakdidactiek initiatie

11972/1729/1920/1/53
Academiejaar 2019-20
Komt voor in:
  • Specifieke lerarenopleiding dans
In andere opleidingen:
  • Master in de muziek als Vakdidactiek initiatie
  • Postgraduaat Muziek - Suzuki lerarenopleiding (Viool) ESA 1-3 als Vakdidactiek initiatie
  • Specifieke lerarenopleiding muziek als Vakdidactiek initiatie
Dit is een enkelvoudig opleidingsonderdeel.
Studieomvang: 3 studiepunten
Men kan dit opleidingsonderdeel niet volgen binnen een
  • examencontract (met het oog op het behalen van een creditbewijs).
  • examencontract (met het oog op het behalen van een diploma).
Titularis: Perpête Kristine
Onderwijstalen: Nederlands
Kalender: Academiejaar
Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).
Mogelijke grensdata voor leerkrediet: 31.10.2019 (Academiejaar)
Tweede examenkans: wel mogelijk.
Delibereerbaarheid: Voor dit opleidingsonderdeel moet je slagen (wordt nooit gedelibereerd).
Totale studietijd: 90,00 uren

Volgtijdelijkheid

Op dit opleidingsonderdeel is er geen volgtijdelijkheid van toepassing.

Eindcompetenties (tekst)

FG1 1.1 De leerkracht kan de beginsituatie van de leerlingen en de leergroep achterhalen.
De student beschrijft, na een observatie, de beginsituatie van een klasgroep in een verslag.
FG1 1.2 De leerkracht kan doelstellingen kiezen en formuleren.
De student formuleert zelfgekozen doelstellingen en koppelt die aan leerinhouden op de lesvoorbereiding van zijn/haar oefen/examenles initiatie.
FG1 1.3 De leerkracht kan de leerinhouden en leerervaringen selecteren.
De student kiest en formuleert leerinhouden op de lesvoorbereiding van zijn/haar initiatie
FG1 1.4 De leerkracht kan de leerinhouden structureren en vertalen in leeractiviteiten.
De student vertaalt leerinhoudennaar leeractiviteiten en structureert deze in een lesverloop met logische opbouw (inleiding, opwarming, kern, slot)
FG1 1.5 De leerkracht kan aangepaste werkvormen en groeperingsvormen bepalen.
De student bepaalt en/of past zijn/haar gekozen werkvormen aan volgens de doelgroep van de oefenles (jonge kinderen) .
FG1 1.6 De leerkracht kan individueel en in team leermiddelen kiezen en aanpassen.
De student creëert dansoefeningen rond bepaalde doelstellingen voor een bepaalde doelgroep (individueel) en bereidt een workshop voor (initiatie aan 4/5 of 6/7-jaringen)
FG1 1.7 De leerkracht kan een krachtige leeromgeving realiseren, met aandacht voor de heterogeniteit binnen de leergroep.
De student geeft een oefen/examenles en laat zich ondersteunen door een sidecoach (of co-teacher) om de leeromgeving en de heterogenitiet binnen de klasgroep te bewaken.
FG1 1.9 De leerkracht kan proces en product evalueren met het oog op bijsturing, remediëring en differentiatie.
De student observeert en bespreekt in groep kwalitatieve uitvoering en foutenanalyses

FG2 2.1 De leerkracht kan in overleg een positief leefklimaat creëren voor de leerlingen in klasverband en op school.
De student kiest, in overleg met zijn co-teacher, voor een stimulerende inkleding van de oefen/examenles.

FG3 3.1 De leerkracht beheerst de domeinspecifieke kennis en vaardigheden, en kan die verbreden en verdiepen.
De student betrekt andere disciplines in zijn lessen (maakt cross overs).
FG3 3.2 De leerkracht kan de verworven domeinspecifieke kennis en vaardigheden aanwenden.
De student past zijn/haar kennis toe tijdens microteaching en oefen/examenles.

FG4 4.1 De leerkracht kan een gestructureerd werkklimaat bevorderen.
De student bereidt goed gestructureerde oefen/examenlessen voor en voert deze uit.
FG4 4.2 De leerkracht kan een soepel en efficiënt les- en dagverloop creëren, passend in een tijdsplanning vanuit het oogpunt van de leerkracht en de leerlingen.
De student bereidt goed gestructureerde oefen/examenlessen voor en voert deze uit.
FG4 4.3 De leerkracht kan op correcte wijze administratieve taken uitvoeren.
De student kan zijn taken, lesvoorbereidingen e.d. organiseren en volledig en op tijd indienen.
FG4 4.4 De leerkracht kan een stimulerende en werkbare klasruimte creëren, rekening houdend met de veiligheid van de leerlingen.
De student wendt de kennis van didactiek, en danstechniek en anatomie toe in de creatie van dansmateriaal en lesverloop, aangepast aan de fysieke mogelijkheden van de doelgroep, aangepast aan de locatie/ruimte. De student observeert en houdt overzicht over de leerlingen.

FG5 5.1 De leerkracht kan vernieuwende elementen aanwenden en aanbrengen.
De student handelt "out of the box" en gaat creatief om met het lesmateriaal tijdens de les, microteaching en oefen/examenles.
FG5 5.3 De leerkracht kan het eigen functioneren ter discussie stellen en bijsturen.
De student evalueert zijn lessen in groepsgesprekken en schrijft zelfevaluaties.

Leerdoelen

Zie "eindcompetenties" de leerdoelen werden onmiddelijk gekoppeld aan de functionele gehelen of basiscompetenties van de leraar.

Leerinhoud

  • Observeren van kinderen via beeldmateriaal en in de klas, ontwikkelingsniveau (uit de ontwikkelingspsychologie) koppelen aan leerinhouden en didactische aanpa. Toepassen van het didactisch drieluikenschema uit de didactiek van het artistiek leren in een observatieverslag.
  • Doelstellingen en leeractiviteiten: kiezen, formuleren, aanpassen...
  • Leerinhouden selecteren voor diverse doelgroepen.
  • Leerinhouden kiezen en oefeningen creëren + lesstructuur- en opbouw.
  • Didactische werkvormen
  • Doelstellingen en leermiddelen: zoeken, samenstellen, uitproberen, structureren, aanpassen, maken.
  • Methodieken, doelgroepen + inkleding en opbouw van speloefeningen.
  • Evalueren, verbeteren, foutenanalyse, feedback geven.
  • Emoties & persoonlijkheid, individualiteit & collectiviteit, sociale, pedagogische en artistieke context. Link met de ontwikkelingspsycholgie.
  • Les- en/of jaarplannen maken, lesvoorbereidingen maken,cursus en handboek 4 je mee?
  • De student geeft een oefenles maakt hiervan een volledig uitgeschreven lesvoorbereiding.
  • De student geeft een oefen/examenles en maakt hiervan een volledig uitgeschreven lesvoorbereiding.
  • Notitie van oefeningen, lesvoorbereidingen uitschrijven, taken indienen.
  • Methodieken, doelgroepn, link met anatomie (bacheloropleiding) en ontwikkelingspsychologie.
  • Praktijk: lesgeven aan elkaar en oefenles.
  • Nabespreking van de microteaching en de oefenles.

Jaartaken (tegen uiterlijk 1 juni)

1 lesvoorbereiding
Bespreking van 1 boek rond het thema dansen/dansles met kinderen
Bespreking van 1 CD/muziekwerk



Studiematerialen (tekst): Verplicht

Cursus Vakdidactiek dansinitiatie
Handboek 4 je mee? - "een leerlijn initiatie voor 6/7-jarigen met cross overs naar drama, dans, muziek en beeld" - Bob Selderslaghs, Annouk Van Moorsel, Sanne Caluwaerts, Indra Wolfaert - Garant Uitgeverij nv - 2013 (te verkijgen via uitgeverij of bestelling bij docent).
Leerplan dansinitiatie (OVSG)

Studiematerialen (tekst): Aanbevolen

Literatuur:
FLORQUIN, V; BERTRANDS, E Speelkriebels voor kleuters, ACCO
DE MARTELAER, K., VANDAELE, B, ROOYACKERS, P. Dansexpressie, een inleiding voor leerkrachten in het (basis)onderwijs
ALLEN, J. Dance for all BJØRKVOLD? Joan-Roar? De muzische mens, AD. Donker, Rotterdam 1992
SPETH, M. Dansspetters 1, 2 2006
Klara4kids: http://radio.klara.be/radio/10_klara4kids.php

Website
kunstigcompetent.be
dansendansen.be

Onderwijsorganisatie

Werkvormen
Hoor- en/of werkcolleges20,00 uren
Vormen van groepsleren10,00 uren
Werktijd buiten de contacturen60,00 uren
  • Duur: Academiejaar

Toetsing (lijst)

Evaluatie(s) voor de eerste examenkans
MomentVorm%Opmerking
AcademiejaarVaardigheidstoets hands off50,00
AcademiejaarVaardigheidstoets hands on permanent (Permanente evaluatie)50,00
Evaluatie(s) voor de tweede examenkans
MomentVorm%Opmerking
Tweede examenperiodeVaardigheidstoets hands off100,00

Toetsing (tekst)

Permanente evaluatie 50%
actieve inbreng tijdens de lessen en deelname aan opdrachten + schriftelijke taken uitgevoerd conform de opdracht.

Examen 50% :
Evaluatiecriteria:
De student maakt gebruik van vakdidactische inzichten, vaktaal tijdens de les.
De student kiest aangepast bewegingsmateriaal voor de betrokken doelgroep.
De student toont muzikaliteit bij het bewegingsmateriaal en in zijn begeleiding.
De student maakt gebruik van een aan het materiaal, aangepaste dynamiek in bewegingskwaliteit en begeleiding.
De student toont motivationele vaardigheden: hoe motiveer ik mijn leerlingen, hoe werk ik aan plezierbeleving, passie.
De student verwerkt de fundamenten van de techniektraining in zijn lesgeefgedrag.
De student ontwikkelt het bewegingsmateriaal (is er een logische opbouw?) resulterend in een leermoment (welk doel wil je bereiken?).
De student hecht belang aan de kwaliteit van de beweging.
De student gebruikt verschillende modaliteiten in instructie; beeldspraak, verbale instructie, demonstratie, lichaamsbewustzijn, tellen enz….

Er is een minimum van 2/3 aanwezigheid vereist.

Bij minder dan 2/3 aanwezigheid in de lessen krijgt de student 0/20 voor de toetsvorm permanente evaluatie. Voor de toetsvorm permanente evaluatie is geen tweede examenkans mogelijk. Het cijfer voor de toetsvorm permanente evaluatie van de eerste examenperiode wordt overgedragen naar de tweede examenperiode. Alleen voor toetsvormen niet permanent is een tweede examenkans mogelijk.

 Als gewettigde afwezigheid wordt beschouwd:
– een afwezigheid gestaafd door een medisch attest
– een vooraf aangevraagde afwezigheid, goedgekeurd door het opleidingshoofd.