Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen
Koninklijk Conservatorium Antwerpen
campus Desguinlei
Desguinlei 25 - 2018 Antwerpen
T +32 3 244 18 00 - F +32 3 238 90 17
conservatorium@ap.be
Steuninstrument 1612/1719/1920/1/40
Studiegids

Steuninstrument 1

612/1719/1920/1/40
Academiejaar 2019-20
Komt voor in:
  • Bachelor in de muziek, trajectschijf 1
    Afstudeerrichting:
    • muziektheorie / schriftuur
Dit is een enkelvoudig opleidingsonderdeel.
Studieomvang: 6 studiepunten
(#) Keuzeopleidingsonderdeel (moet vervangen worden)
Voor dit keuzeopleidingsonderdeel moet één van deze opleidingsonderdelen gekozen worden:
  • Steuninstrument accordeon 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument althobo 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument altviool 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument basklarinet 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument bastrombone 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument cello 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument contrabas 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument fagot 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument fluit 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument gitaar 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument harp 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument hobo 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument hoorn 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument klarinet 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument klavecimbel 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument marimba 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument orgel 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument percussie 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument piano 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument pianoforte 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument piccolo 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument saxhoorn 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument saxofoon 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument trombone 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument trompet 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument tuba 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument viool 1 (6 studiepunten)
  • Steuninstrument zang 1 (6 studiepunten)
Co-titularis(sen): Colman Lies, de Jong Hans, De Neve Guido, Proot Stephanie, Rycken Johan, Vanvaerenbergh Luc, Vercruysse Rik, Verdin Joris, Wajnberg Aäron
Onderwijstalen: Nederlands
Kalender: Academiejaar
Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).
Mogelijke grensdata voor leerkrediet: 31.10.2019 (Academiejaar)
Tweede examenkans: wel mogelijk.
Delibereerbaarheid: Voor dit opleidingsonderdeel moet je slagen (wordt nooit gedelibereerd).
Totale studietijd: 180,00 uren

Volgtijdelijkheid

Op dit opleidingsonderdeel is er geen volgtijdelijkheid van toepassing.

Onderwijsorganisatie (tekst)

- individuele lessen
- groepsgerichte lessen of klasactiviteiten

Aangevuld met een selectie uit:
- deelname aan masterclasses, lezingen en lecture recitals
- deelname aan studentenconcerten
- deelname aan projecten georganiseerd door de instelling
- concertbezoek

Begincompetenties (tekst)

Een algemeen niveau vergelijkbaar met middelbare graad 3 optie instrument van het Deeltijds Kunstonderwijs kunnen aantonen op een toelatingsproef op basis van de volgende criteria:


Beheersing instrument/stem
Intonatie (waar van toepassing)
Articulatie
Analytisch denkvermogen
Ritme
Inventiviteit
Stilistiek
Gehoor
Houding
Frasering
Artistieke gedrevenheid
Motoriek
Intuïtie
Persoonlijkheid
Vingervaardigheid
Geheugen
Gebruik instrumentarium (percussie)


SPECIFICERING PROGRAMMA TOELATINGSPROEF
Zang:  3 voorbereide werken in verschillende talen waaronder minstens 1 aria (opera/oratorium) en minstens 1 lied. Deze worden uit het geheugen gezongen. 

Viool, altviool, cello en contrabas: 2 werken, vrije keuze maar wel representatief voor het individuele niveau

Piccolo , fluit, hobo, althobo, klarinet, kleine klarinet, basklarinet, fagot, contrafagot, saxofoon:
1 of 2 werken met een duur van 10 minuten, vrije keuze maar wel representatief voor het individuele niveau
Basklarinet: 1 werk, eventueel een transcriptie van een klarinetwerk, met een duur van 10 minuten, vrije keuze maar wel representatief voor het individuele niveau

Hoorn, trompet, trombone, tuba en saxhoorn:
• 1 technische etude
• 1 representatief voordrachtstuk of melodische etude
Specifieke methodes, representatief voor het niveau:
- voor trombone en tuba: etudes van Kopprasch en Bordogni/Rochut
- voor hoorn: etudes van Maxime Alphonse (eerste of tweede boek) ; etudes van Gallay (etudes voor tweede hoorn) ; etudes van Muller.

Piano: een programma voor van 10 minuten, met twee representatieve werken uit twee verschillende stijlperiodes.
Klavecimbel: een programma voor van 10 minuten, met twee representatieve werken uit twee verschillende stijlperiodes.
Orgel: een programma voor van 20 minuten
• een toccata met eenvoudig pedaal van Johann Pachelbel of een vergelijkbaar niveau.
• een manualiter stuk uit de periode 1600 – 1750, bvb. Cornet, Kerckhoven, Sweelinck of een selectie uit een Franse suite
• een werk naar keuze, passend bij de stijl van het orgel van het conservatorium

Accordeon: op een 4-korig instrument met M III (free bass) , een programma voor van 30 minuten
• 1 polyfoon werk (Bach, Scarlatti, Mozart, ...)
• 1 voordrachtwerk naar keuze uit 'Accordeon Progression 4 - 5 - 6'
• Toonladders tot en met 4# en 4b (invulling van de toonladder = eigen keuze)
• Franse Musette
• 1 voordrachtwerk met FB eigen keuze
• 1 voordrachtwerk met SB eigen keuze

Gitaar, mandoline, harp: 2 contrasterende stukken, naar keuze, representatief voor het individuele niveau

Percussie
Keuze tussen
a) een ritmisch programma van 10 min met volgende werken, representatief voor het individuele niveau:
- 1 etude voor snaartrom met enkelslagen, gesloten roffels, accenten en voorslagen.
- 1 etude voor drums waarin onafhankelijkheidsbeheersing getoond wordt (bv. Drumstudies F. De Witte)
- 1 etude voor pauken
of
b) een melodisch programma van 10min met 2 werken voor xylofoon, vibrafoon of marimba, representatief voor het individuele niveau

Marimba
een programma voor van 10 minuten, met twee representatieve werken van twee verschillende componisten. Een technische beheersing van 4 stokken spel is een vereiste.

Compositie
voorleggen van de persoonlike compositieportfolio.

Eindcompetenties (tekst)



OLR-Leerdoelen (lijst)

2.2 De student boekt vooruitgang op basis van zelfstudie.
De student heeft technieken geleerd om een efficiënte studieplanning op te maken en deze te volgen
2.3 De student leest, analyseert, schrijft en interpreteert muziek
De student exploreert door de docent aangereikte technieken om de interpretatie (tempo, timing, intonatie, klank, motiefontwikkeling, frasering, vorm, luistervaardigheid,…) in elementair repertoire te beheersen
2.4 De student beheerst de juiste speeltechnieken en -houdingen.
De student heeft bij het musiceren een gezonde en functionele houding
De student kan repertoire van een elementaire moeilijkheidsgraad spelen
4.1 De student kent de ruimere culturele en (muziek)historische context.
De student kan het gespeelde repertoire plaatsen binnen de muziek-historische context

Leerinhoud

Lees het vademecum.
Etudes, repertoirewerken, voordrachtstukken, technische oefeningen en/of toonladders

Bijkomend voor orgel:
De student Steuninstrument orgel volgt naast de lessen orgelspel tevens algemene en specifieke orgelkunde. Een bijkomend aspect is het orgel als begeleidingsinstrument.

Studiematerialen (tekst): Verplicht

- Partituren, studieboeken en cd's cfr. de opgave van de docent.
- Partituren van het examenprogramma. Het examenprogramma wordt bepaald in overleg met de docent.
- Geschikt instrument.

Onderwijsorganisatie

Werkvormen
Artistieke praktijk15,00 uren
Werktijd buiten de contacturen165,00 uren

Toetsing (lijst)

Evaluatie(s) voor de eerste examenkans
MomentVorm%Opmerking
AcademiejaarVaardigheidstoets artistiek100,00
Evaluatie(s) voor de tweede examenkans
MomentVorm%Opmerking
Tweede examenperiodeVaardigheidstoets artistiek100,00

Toetsing (tekst)