Academiejaar
2019-20
Komt voor in:
- Graduaat marketing (uitdovend - Mechelen)
Dit is een enkelvoudig opleidingsonderdeel.
Studieomvang:
5 studiepunten
Co-titularis(sen): Janssens Carlos
Onderwijstalen: Nederlands
Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).
Volgtijdelijkheid
Op dit opleidingsonderdeel is er geen volgtijdelijkheid van toepassing.
Tweede examenkans: wel mogelijk.
Tolereerbaarheid: Dit opleidingsonderdeel komt in aanmerking voor tolerantie onder de voorwaarden van de opleiding waarvoor je bent ingeschreven.
Totale studietijd: 60,00 uren
Korte omschrijving
De bedoeling van dit OLOD bestaat erin (1) de studenten een aantal concepten en inzichten bij te brengen die kunnen bijdragen tot een beter begrip van de werking van complexe organisaties en de interactie met de omgeving en (2) inzicht te verwerven in de interne structuren van deze organisaties en (3) de daarbij gebruikte communicatietechnieken.
OLR-Leerdoelen (lijst)
specifieke eindcompetenties
Kan rapporteren (schriftelijk en mondeling) over taken die hij/zij moet maken |
Kan een strategisch marketingplan opstellen. |
Kan de invloed die de omgeving op een organisatie uitoefent bespreken |
Kan de verschillende organisatieconcepten (incl. de voor en nadelen ervan) bespreken |
Kan de verschillende benaderingen voor het meten van effectiviteit bespreken |
Kan de evolutie van organisaties in de tijd bespreken |
Kan het begrip stakeholder (en de stakeholderbenadering in management) verklaren en toepassen in een reële of gesimuleerde bedrijfspraktijk |
Kan de verschillende strategieën/technieken die een organisatie kan toepassen om haar omgeving te beïnvloeden, bespreken |
Kan aangeven (en verklaren) welke organisatiestructuren het meest aangepast zijn aan specifieke omgevingsomstandigheden |
Kan de kenmerken en bestaansreden van organisaties verklaren |
Kan de verschillende organisatiestructuren (incl. hun voor- en nadelen) identificeren, verklaren en toepassen |
Kan de verschillende organisatietheorieën (incl. de voor- en nadelen ervan) bespreken en toepassen |
Kan de verschillende meetwijzen voor het begrip grootte van een organisatie bespreken |
Kan de verschillende organisatieconcepten toepassen in een reële of gesimuleerde bedrijfspraktijk |
Kan aanduiden welke krachten uit de omgeving (micro, meso, macro) van een organisatie van invloed zijn op deze organisatie. |
Leerinhoud
Terwijl in de algemene economie activiteiten zoals productie en consumptie vaak worden bestudeerd los van de institutionele en organisatorische structuren waarbinnen deze plaatsvinden, worden deze laatste in deze module juist centraal gesteld. Organisaties worden beschouwd als systemen, die interageren met de externe omgeving (klanten, leveranciers, enz.) en daarvan afhankelijk zijn. Na een aantal inleidende hoofdstukken m.b.t. de scholen in de organisatieleer, de fundamentele organisatieconcepten (delegatie, decentralisatie, enz.), de begrippen effectiviteit en efficiëntie, wordt aandacht besteed aan de relatie met de externe omgeving, de impact van de technologie en de organisatiegrootte. Finaal worden de verschillende organisatiestructuren (organigrammen) besproken. Uitgebreide inhoudsopgave* • Inleiding : organisaties en organisatieleer • Scholen in de organisatieleer (klassieke school, bureaucratie, HR school, Moderne benaderingen) • Organisatieconcepten (arbeidsverdeling, departementalisatie, lijn/staf, delegatie, decentralisatie, formalisatie, controlespan) • Organisatorische doeleinden en doeltreffendheid (effectiviteit versus efficiëntie) • Organisaties en hun omgeving : systeembenadering • De invloed van de technologie op de organisatie • De invloed van de organisatiegrootte op de organisatiestructuur • Organisatiestructuur en –ontwerp (lijnorganisatie, functionele organisatie, lijn- en staforganisatie, divisieorganisatie, project- en matrixorganisatie, typologie van Mintzberg) * De kans bestaat dat, in bepaalde gevallen (bijv. inspelend op de actualiteit), een aantal leerinhouden worden toegevoegd aan de cursus. Ook bestaat de kans dat (bijv. bij tijdsgebrek) bepaalde leerinhouden bijkomend worden aangeboden via (begeleide) zelfstudie.
Studiematerialen (tekst): Verplicht
1. Verplicht * Teksten door de titularis ter beschikking gesteld via het elektronisch leerplatform (door de studenten af te printen op hun eigen kosten, max. 200 blz.) * Notities door de studenten te nemen gedurende de colleges (op papier en met inkt aan te kopen door de student, max. 50 blz.) 2. Andere * Daft R.L. (2005 of recenter), Organisatietheorie en -ontwerp, Academic Service, Schoonhoven (uit het Engels vertaald) (ISBN editie 2005: 978-90-395-1982-0) * Jegers M., R. Moenaert en A. Verbeke (derde herziene uitgave of recenter), Begrippen van Management. Strategische Planning en Organisatie, Academic & Scientific Publishers, Brussel. (ISBN derde herziene uitgave : 978-90-5487-336-5). * Berings D., S. Grieten en T. Steen (2011 of recenter), Mens en organisatie, Uitgeverij De Boeck, Antwerpen (ISBN versie 2011: 978-90-455-3651-4)
Onderwijsorganisatie
Werkvormen
Hoor- en/of werkcolleges60,00 uren Toetsing (lijst)
Evaluatie(s) voor de eerste examenkans
Moment | Vorm | % | Opmerking |
Academiejaar | Kennistoets | 70,00 | |
Academiejaar | Vaardigheidstoets hands off | 30,00 | |
Evaluatie(s) voor de tweede examenkans
Moment | Vorm | % | Opmerking |
Tweede examenperiode | Kennistoets | 70,00 | |
Tweede examenperiode | Vaardigheidstoets hands off | 30,00 | |
Toetsing (tekst)
Afstandstaken. De inhoud van de afstandstaken (inclusief de klassikale discussies, ook deze m.b.t. de taken van andere studenten ) behoren ook nog eens integraal tot de examenleerstof en daarover wordt op het examen ondervraagd. Studenten die de afstandstaken niet hebben opgeladen, afstandstaken hebben opgeladen die niet aan de minimumvereisten voldoen, hun afstandstaak niet mondeling hebben gepresenteerd tijdens het afgesproken lesmoment of onvoldoende hebben geparticipeerd aan de klassikale discussies over de afstandstaken voldoen niet aan de voorwaarden om een examencijfer te bekomen. Het eindcijfer wordt bepaald uitgaande van het resultaat van het schriftelijk eindexamen. Dit laatste omvat ook vragen over de in de les besproken afstandstaken. Daarenboven kan het eindcijfer worden aangepast in positieve of negatieve zin met telkens max. 1 punt (van de 20) afhankelijk van de prestaties in het kader van de afstandstaken gedurende het semester.