Op dit opleidingsonderdeel is er geen volgtijdelijkheid van toepassing.

De student krijgt zicht op de verschillen en gelijkenissen die je kan vaststellen bij leerlingen. Dit zowel opvoedkundig als op het terrein van de verschillende leergebieden. De student herkent onderwijs- en zorgbehoeften van leerlingen en zet deze om in zorgvragen.
Eens de beginsituatie van de kinderen is gekend, leren de studenten hoe er in de klas kan ingespeeld worden op verschillen en gelijkenissen. Hoe kan een lesgever zo werken dat elk kind maximale kansen krijgt? Hoe kan hij (verzamelde) gegevens van kinderen vertalen in onderwijs- of ondersteuningsbehoeften en specifiek onderwijsaanbod? Er is oog voor de verschillende zorgniveaus en de afstemming tussen de behoeften van het kind, de onderwijsleersituatie (leraar, groep, school) en de opvoedingssituatie (ouders, gezin): een eerste kennismaking met het kader van handelingsgericht werken op basis van casussen.

- M-decreet en decreet leerlingenbegeleiding
- Handelingsgericht werken als kader voor zorg: uitgangspunten, belang, het individueel en groepswerkplan, leerlinggesprekken, ouderbetrokkenheid - toepassingen op casuïstiek
- Het zorgcontinuüm: zorg binnen fase 0, fase 1, fase 2, (fase 3): toepassingen op casuïstiek
- Verkennen van bronnen/materialen rond ontwikkelings- en leerstoornissen, gedragsproblemen, psychische problemen, motorische beperkingen, medische problemen, hoogbegaafdheid, schoolrijpheid, lateralisatie, NT2 binnen brede basiszorg...
- Binnenklasdifferentiatie (BKD); redelijke aanpassingen
- Kennis van co-teaching en teamteaching
- Deontologie (ambtsgeheim); omgaan met leerlinggegevens
- Kennis van mogelijke externe partners: Huis van het Kind, Dienst X-tra, de schoolbrug, CKG, OCJ, CLB …
- Types buitengewoon basisonderwijs
- Testmateriaal: AVI, LVS-toetsen CITO, Kobi…