Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen
Koninklijke Academie voor Schone Kunsten Antwerpen
campus Mutsaardstraat
Mutsaardstraat 31 - 2000 Antwerpen
T +32 3 213 71 00 - F +32 3 213 71 19
academie@ap.be
Domeinoverschrijdende vakdidactiek Kunsten32739/1824/1920/1/82
Studiegids

Domeinoverschrijdende vakdidactiek Kunsten

32739/1824/1920/1/82
Academiejaar 2019-20
Komt voor in:
  • Educatieve master audiovisuele en beeldende kunsten, trajectschijf 1
    Afstudeerrichting:
    • beeldende kunsten
Dit is een enkelvoudig opleidingsonderdeel.
Studieomvang: 3 studiepunten
Titularis: Wolfaert Indra
Andere co-titularis(sen): De Pooter Liesbet
Onderwijstalen: Nederlands
Kalender: Semester 2
Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).
Mogelijke grensdata voor leerkrediet: 31.10.2019 (Academiejaar)
Tweede examenkans: niet mogelijk.
Delibereerbaarheid: Voor dit opleidingsonderdeel moet je slagen (wordt nooit gedelibereerd).
Totale studietijd: 80,00 uren

Volgtijdelijkheid

Op dit opleidingsonderdeel is er geen volgtijdelijkheid van toepassing.

Begincompetenties (tekst)

Eindcompetenties van een academische masteropleiding in de beeldende kunst.
De Nederlandse taal voldoende beheersen.

OLR-Leerdoelen (lijst)

De afgestudeerde beheerst de nodige kennis die de basiscompetenties voor leraren ondersteunt en kan verbindingen leggen met maatschappelijke thema's, uitdagende artistieke leeromgevingen creëren en ideeën ontwikkelen voor het (kunst-)onderwijs.
De student kan een demonstratie van een beeldende techniek naar keuze geven waarbij wordt aangetoond dat die vak- en materialenkennis beheerst.
De afgestudeerde creëert een artistieke leeromgeving die in alle didactische componenten aansluit bij de beginsituatie van een leergroep en individuele lerenden en proactief is ten aanzien van de diversiteit in de leergroep.
De student kan een domeinoverschrijdende opdracht uitwerken die inhoudelijk op de onderwijspraktijk werd afgestemd.
De student kan door middel van de lesvoorbereiding aantonen dat hij de doelgroepen correct inschat.
De student kan een les beeldende vorming met domeinoverschrijdende elementen op een gestructureerde manier opbouwen.
De student kan zijn vak- en domeinspecifieke kennis vertalen voor een specifieke doelgroep en daarbij inzetten op domeinoverschrijdend werken.
De afgestudeerde creërt een positief leer- en leefklimaat en ondersteunt door doelgerichte activiteiten en formele en informele interacties de brede persoonlijke, intellectuele en maatschappelijke ontplooiing van lerenden.
De student kan op een constructieve manier positieve feedback geven aan zijn medestudent.
De educatieve master audiovisuele en beeldende kunsten is in staat om een volledige onderzoekscyclus te doorlopen, relevant voor het onderwijs, het kunstonderwijs en/of de kunsteducatieve sector.
De student kan de onderzoekscyclus volledig en op een zelfstandige basis uitvoeren.
De educatieve master audiovisuele en beeldende kunsten kan constructief samenwerken met collega’s en daarin initiatief nemen, deelnemen en leiding geven aan disciplinair en interdisciplinair teamoverleg.
De student kan in dialoog treden met medestudenten, casussen bespreken en zoeken naar oplossingen

Leerinhoud

De lessen domeinoverschrijdende vakdidactiek zijn praktijkgericht en specifiek toegepast op het lesgeven in de beeldende kunsten aan kinderen.
In de cursus komen aspecten van de werking van het onderwijssysteem aan bod en wordt er ook aandacht besteed aan leer -en ontwikkelingsprocessen. Vragen die de revue passeren zijn o.a.: Hoe maak ik een goede lesvoorbereiding met domeinoverschrijdende elementen? Waar moet een goede demonstratie aan voldoen? Hoe kan ik een beeldende techniek vertalen naar kinderen tussen 6 en 12 jaar? Hoe kan ik domeinoverschrijdend werken op een kwaliteitsvolle manier? Hoe organiseer ik een efficiënt les- en dagverloop en een werkbare klasruimte met oog voor veiligheid, organisatie van administratieve taken etc.? Welke werkvormen kan ik hanteren? Hoe creëer ik een vruchtbaar, positief leerklimaat? Welke begeleidingsmethodiek hanteer ik en hoe ga ik om met de leerlingen in de klas/atelier (klasmanagement, leerstoornissen,...)? Wat zijn bouwstenen? Welk didactisch materiaal kan alle bouwstenen van mijn les ondersteunen? Hoe kan ik vanuit een beeldende techniek een domeinoverschrijdende opdracht creëren? Welke bronnen kan ik raadplegen om mezelf te versterken in domeinoverschrijdend werken?
Om een antwoord te krijgen op die vragen, worden casussen (ontleend aan de stage en beroepspraktijk) besproken. Ervaringen, opmerkingen en inzichten worden door de student en docent uitgewisseld. Het inoefenen, bespreken van praktijkgerichte situaties en problemen oplossen is een constante tijdens de lessen, waarbij er kritisch gereflecteerd wordt over het eigen didactisch handelen.
Het leveren van een constructieve bijdrage aan de lessen impliceert dat je op regelmatige basis aanwezig bent (er worden absenties opgenomen); in het geval je gewettigd afwezig bent, breng je zo spoedig mogelijk een attest binnen op het secretariaat. Ongewettigde afwezigheden kunnen je studievoortgang in het gedrang brengen.

Studiematerialen (tekst): Verplicht

Verplicht:
- SELDERSLAGHS,B.,VAN MOORSEL,A., CALUWAERTS,S.,WOLFAERT,I.,4je mee?Initiatielessen voor 6-jarigen met cross-overs naar de kunstdisciplines drama, dans, muziek, beeld. Antwerpen, Garant, 2013.
- Aanvullende informatie op Digitap.

Aanbevolen:
- MEYKENS, S., en CLUCKERS, G., Kindertekeningen in ontwikkelingspsychologisch en diagnostisch perspectief, Leuven, Acco, 1996, 175 p.
- KOPPENS, P., en WINTER de, W., De ontwikkeling van het kindertekenen. Kinderen leren tekenen, De Bilt, Cantecleer,, 1992, p. 94 – 105.
- VAN DEN BROECK, H., Opvoeden in de klas. Wegwijzer voor leerkrachten, Leuven, lannoocampus, 2006, 240p.
- SCHASFOORT, B., Beeldonderwijs en didactiek, Groningen, Wolters-Noordhoff, 2008, 344p.
- VAN MOSSEVELDE, E., Moeilijke leerlingen, Leuven, Acco, 1998, 195p.
- VAN ONNA, J., Laat maar zien, Groningen, Wolters Noordhoff, 2001, 317p.
- KORTHAGEN, F.A.J., Reflectie en de professionele ontwikkeling van leraren. Pedagogische studiën 69, 1992, p. 112-123.
- Help!. Eerste hulp voor iedereen, Vlaanderen, Rode Kruis Vlaanderen, 2008, 527p.
- VAN EECKHAUT,M., MOOSS, Kunst-en erfgoededucatie -Theorie en praktijk. Leuven, Acco, 2013, 221 p.

Tijdschriften
- BORMANS, L., Van terugblikken word je een beter leraar. Zonder reflectie ben je een ongeleid projectiel, Klasse, nr. 202, 2010, p. 28 – 29.
- DaDa magazine.
Het tijdschrift "Klasse" voor leraars.

Internet
- http://www.onderwijs.vlaanderen.be
- http://www.kernreflectie.nl
- http://www.beeldonderwijs.nl
http://www.carrieretijger.nl/functioneren/communiceren/mondeling/vaardigheden/feedback-geven
http://www.gemeenschapsonderwijs.be/sites/portaal_nieuw/DKO/Pages/Leerplannen.aspx
- http://www.klasse.be/leraren/print.php?q=eerstelijn/7401
- http://www.ictopschool.net
- https://www.uantwerpen.be/nl/faculteiten/antwerp-school-of- education/deelentiteiten/expertisecentrum-hoger-onderwijs/didactische-tips/onderwijstips/overzicht- onderwijstips/tip-58--hoe-een-scre/
- https://duurzaamonderwijs.com

Onderwijsorganisatie

Werkvormen
Hoor- en/of werkcolleges10,00 uren
  • Duur: Semester
Practicum en/of oefeningen10,00 uren
  • Duur: Semester
Vormen van groepsleren10,00 uren
  • Duur: Semester
Werktijd buiten de contacturen50,00 uren
  • Duur: Semester

Toetsing (lijst)

Evaluatie(s) voor de eerste examenkans
MomentVorm%Opmerking
AcademiejaarVaardigheidstoets hands on50,00Groepsopdracht: onderzoek naar een ander muzisch domein
AcademiejaarVaardigheidstoets simulatie50,00Opdracht: demonstratie

Toetsing (tekst)

Toetsmoment: Permanent + momentopname na proces
Toetsmethode: 50% werkstuk + 50% gedragsobservatie

De student wordt verwacht een constructieve bijdrage te leveren aan de lessen door actief deel te nemen.