Op dit opleidingsonderdeel is er geen volgtijdelijkheid van toepassing.

Docenten:
Carry De Clercq (Spraak)
Eva De Hondt (Taal)
Anita Eggermont (Stem)

Specifieke leerinhoud Taal
In de les TAAL B1 leert de student correct Algemeen Nederlands spreken. Om dat te bereiken, worden de volgende vaardigheden getraind: een correcte houding (eutoon staan, zitten en bewegen), een lage ademhaling en de loslaattechniek, een eutoon stemgebruik (keelspanning elimineren en vaste steminzet beheersen), een volle resonantie vanuit een bewuste fysieke klankervaring, een goede articulatie (voor, open en pittig), én een correcte uitspraak van alle klanken van het AN: klinkers, tweeklanken, medeklinkers en assimilatie (met aandacht voor de theorie van de fonetica van het AN). Er wordt achtereenvolgens geoefend op klank-, woord-, zins- en tekstniveau. Ook de toepassing van het AN (in combinatie met een eutoon stemgebruik) in spontaan spreken komt aan bod.

Specifieke leerinhoud Spraak
In de les spraak leert de student zijn stem en spraak opnieuw eutoon en natuurlijk gebruiken. Om dat te bereiken krijgt de student inzicht (theorie) in ‘hoe spreken fysiek werkt’. Daarna worden volgende vaardigheden in hun onderlinge samenhang getraind: de natuurlijke houding van de mond in rust, de natuurlijke houding (de oprichtingsreflex wordt opnieuw gestimuleerd en geoefend), de samenwerking tussen de natuurlijke lage adem, stem en de articulatiespieren (de adem-stemreflex wordt opnieuw getraind), stemontspanning (elimineren van glottisslagen), stemvolume en zeer zacht praten en de optimale articulatie (open , voor en pittig praten). Er wordt achtereenvolgens geoefend op klank- woord- zins- en tekstniveau. Daarna volgt de toepassing in de gewone , spontane spraak.

Specifieke leerinhoud Stem
In de les STEM B1 krijgt de student inzicht in de stem op zowel anatomisch, fysiologisch als op fysisch niveau. Stemzorg komt zowel praktisch als theoretisch uitgebreid aan bod. De student ontwikkelt een zijn/haar stem door het stimuleren van de zintuiglijke beleving van de stemklank en van het lichaam. Het leren beschrijven van de waarneming van de stemklank, zowel bij zichzelf als bij anderen is hierbij belangrijk. Tijdens het stemwerk beleven en herkennen zij verbanden tussen stemresonantie en basisvoorwaarden van goed stemgebruik zoals eutonie, de oprichtingsreflex, de loslaatreflex, en intentie op een verdiepend niveau. De student foneert voornamelijk op lange tonen en maakt kennis met beide stemregisters. De overgang van eutoon stemgebruik van klankniveau naar zinsniveau komt in beperkte mate aan bod.

De student wordt beoordeeld op haar/zijn technische mogelijkheden, motivatie, vaardigheden, attitude, inbreng en evolutie doorheen het jaar.

50% vaardigheidstoets hands on permanent (Permanente evaluatie)

Voor het onderdeel permanente evaluatie zal gewerkt worden met een quoteringsnorm volgens onderstaand principe:
Bij 10% tot 20% ongewettigde afwezigheid, kan de student max 18/20 halen;
Bij 20% tot 25% ongewettigde afwezigheid, kan de student max 16/20 halen;
Bij 25% tot 30 % ongewettigde afwezigheid, kan de student max 14/20 halen;
Bij meer dan 30% ongewettigde afwezigheid, kan de student max 12/20 halen;

Het cijfer voor de toetsvorm permanente evaluatie van de eerste examenperiode wordt overgedragen naar de tweede examenperiode. Alleen voor toetsvormen niet permanent is een tweede examenkans mogelijk.


50% vaardigheidstoets hands on (Examen)
Tweede examenkans mogelijk.