Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen
Gezondheid en Welzijn
campus Dodoens
Leopoldstraat 42 - 2800 Mechelen
gw@ap.be
Vlaamse Gebarentaal B31440/1869/2021/1/67
Studiegids

Vlaamse Gebarentaal B

31440/1869/2021/1/67
Academiejaar 2020-21
Komt voor in:
  • Graduaat tolk Vlaamse Gebarentaal, trajectschijf 1
Dit is een enkelvoudig opleidingsonderdeel.
Studieomvang: 9 studiepunten
Titularis: Vlerick Serge
Andere co-titularis(sen): Vansichen Eva
Onderwijstalen: Vlaamse gebarentaal
Kalender: Semester 2
Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).

Volgtijdelijkheid

Op dit opleidingsonderdeel is er geen volgtijdelijkheid van toepassing.
Tweede examenkans: wel mogelijk.
Delibereerbaarheid: Voor dit opleidingsonderdeel moet je slagen (wordt nooit gedelibereerd).
Totale studietijd: 243,00 uren

Korte omschrijving

Binnen het opleidingsonderdeel Vlaamse Gebarentaal B verwerft de student de Vlaamse Gebarentaal op het niveau A2 conform het Europees referentiekader.

Begincompetenties (tekst)

De student voldoet aan de toelatingsvoorwaarden voor de inschrijving van een graduaatsopleiding zoals bepaald in het onderwijs- en examenreglement.

OLR-Leerdoelen (lijst)

06 – Niveau taalvaardigheid van de Vlaamse Gebarentaal: De gegradueerde begrijpt de gesproken en geschreven Vlaamse Gebarentaal op het niveau C1 conform het Europees referentiekader.
De student begrijpt correct zinnen, vragen en regelmatig voorkomende uitdrukkingen in de Vlaamse Gebarentaal die verband houden met zaken van direct belang, met eenvoudige en alledaagse taken, met eenvoudige en directe uitwisselingen over vertrouwde en alledaagse kwesties, met de eigen achtergrond of de achtergrond van de gesprekspartner, met de onmiddellijke omgeving, met kwesties die diverse behoeften beschrijven en met betrekking tot de aangebrachte woordenschat, dit alles op het niveau A2 conform het Europees referentiekader. 
De student leest grammaticale aspecten zoals zinsbouw, gebarenvolgorde, werkwoordelijke constructies, wijsgebaren, lokalisering, ruimtegebruik, bezit en existentie, werkwoordstijden, niet-manuele markeringen, rolnemen, classifiers, iconiciteit en tijdsaspect correct af in de Vlaamse Gebarentaal op niveau A2 conform het Europees referentiekader. 
De student onderhoudt het lexicon verworven binnen het opleidingsonderdeel Vlaamse Gebarentaal A en begrijpt bijgevolg het lexicon van de Vlaamse Gebarentaal in context op het niveau van de basisgebruiker in twee regionale varianten voor volgende thema’s: vingerspellen; cijfers, getallen en hoeveelheden; kennismaking, individu en familie; beroep & arbeid; lichaam & gezondheid; voeding & winkelen; kledij & uiterlijk; wonen & huishouden; sport & vrije tijd; ruimte & tijd; kleuren & vormen; vraagwoorden; werkwoorden; bijvoeglijke naamwoorden en bijwoorden. 
De student schrijft uitingen en parameters in de Vlaamse Gebarentaal op niveau A2 conform het Europees referentiekader op correcte wijze neer.
De student vertaalt het lexicon van de Vlaamse Gebarentaal naar het Nederlands (inclusief de non-manuele informatie) in twee regionale varianten op het niveau van de basisgebruiker en dit voor volgende thema’s: landen, talen & nationaliteiten; karakter, gevoelens & gedrag; privéleven & samenleving; vervoer & verkeer; natuur, milieu & ecologie; algemene begrippen en structuurwoorden. 
07 – Niveau taalvaardigheid van de Vlaamse Gebarentaal: De gegradueerde drukt zich in de gesproken en de geschreven vorm van de Vlaamse Gebarentaal uit op het niveau C1 conform het Europees referentiekader.
De student onderhoudt het lexicon verworven binnen het opleidingsonderdeel Vlaamse Gebarentaal A en produceert bijgevolg het lexicon van de Vlaamse Gebarentaal in context op het niveau van de basisgebruiker in twee regionale varianten voor volgende thema’s: vingerspellen; cijfers, getallen en hoeveelheden; kennismaking, individu en familie; beroep & arbeid; lichaam & gezondheid; voeding & winkelen; kledij & uiterlijk; wonen & huishouden; sport & vrije tijd; ruimte & tijd; kleuren & vormen; vraagwoorden; werkwoorden; bijvoeglijke naamwoorden en bijwoorden. 
De student past grammaticale aspecten zoals zinsbouw, gebarenvolgorde, werkwoordelijke constructies, wijsgebaren, lokalisering, ruimtegebruik, bezit en existentie, werkwoordstijden, niet-manuele markeringen, rolnemen, classifiers, iconiciteit en tijdsaspect correct toe in de Vlaamse Gebarentaal op niveau A2 conform het Europees referentiekader. 
De student produceert correct zinnen, vragen en regelmatig voorkomende uitdrukkingen in de Vlaamse Gebarentaal die verband houden met zaken van direct belang, met eenvoudige en alledaagse taken, met eenvoudige en directe uitwisselingen over vertrouwde en alledaagse kwesties, met de eigen achtergrond of de achtergrond van de gesprekspartner, met de onmiddellijke omgeving, met kwesties die diverse behoeften beschrijven en met betrekking tot de aangebrachte woordenschat, dit alles op het niveau A2 conform het Europees referentiekader. 
De student produceert het lexicon van de Vlaamse Gebarentaal (inclusief de non-manuele informatie) in twee regionale varianten op het niveau van de basisgebruiker en dit voor volgende thema’s: landen, talen & nationaliteiten; karakter, gevoelens & gedrag; privéleven & samenleving; vervoer & verkeer; natuur, milieu & ecologie; algemene begrippen en structuurwoorden. 
De student voert gegloste uitingen en neergeschreven parameters op niveau A2 conform het Europees referentiekader op correcte wijze uit in de Vlaamse Gebarentaal. 
02 – Niveau empathisch handelen: De gegradueerde communiceert met diverse leden van de Vlaamse horende gemeenschap en de Vlaamse Dovengemeenschap op contextgevoelige en cultuurgevoelige wijze, met het gewenste inlevingsvermogen en met respect voor de desbetreffende cultuur, waarden en normen.
De student neemt op empathische wijze deel aan een eenvoudig, duidelijk uitgevoerd gesprek op langzaam tempo op het niveau A2 conform het Europees referentiekader, d.i. inclusief het (begrijpen en) toepassen van de gangbare regels tot het voeren van een geslaagd gesprek in de Vlaamse Gebarentaal, zoals aangeven wanneer de student een bepaalde bijdrage niet begrijpt, vragen om herhaling of verzoeken om langzamer te gebaren. 

Leerinhoud

De student leert de vaardigheden om de Vlaamse Gebarentaal correct uit te voeren en af te lezen op het niveau A2 conform het Europees referentiekader. De student bouwt verder op de fundamenten die gelegd werden in het opleidingsonderdeel Vlaamse Gebarentaal A en verstevigt de basis van de receptieve en productieve taalvaardigheid van de Vlaamse Gebarentaal.

  • Hij/Zij kan deelnemen aan eenvoudige gesprekken op aangepast tempo, gesprekken over vertrouwde onderwerpen en het dagelijks leven.
  • De student kan in eenvoudige, lexicaal en grammaticaal correcte bewoordingen aspecten van de eigen achtergrond, de onmiddellijke omgeving en kwesties op het gebied van diverse behoeften beschrijven en gelijkaardige bijdragen van de ander correct begrijpen.
  • De student kan zinnen en regelmatig voorkomende uitdrukkingen die verband hebben met zaken van direct belang correct begrijpen en grammaticaal en lexicaal correct uitvoeren.
  • De student begrijpt de hoofdpunten van een gesprek dat op een normaal tempo gevoerd wordt.

Het opleidingsonderdeel Vlaamse Gebarentaal B bereidt de student rechtstreeks voor op de opleidingsonderdelen Vlaamse Gebarentaal C, Practicum Vlaamse Gebarentaal 1 en Dovencultuur- en gemeenschap 2.

Studiematerialen (tekst): Verplicht

Het cursusmateriaal wordt ter beschikking gesteld via het digitale leerplatform.

De student vergoedt zelf de verplaatsings- en deelnamekosten die gepaard gaan met het taalbadweekend. Deze studiereis kost maximum €150.

Onderwijsorganisatie

Examentijd
Voorziene tijd voor toetsing5,00 uren
Werkvormen
Hoor- en/of werkcolleges48,00 uren
Practicum en/of oefeningen12,00 uren
Werkplekleren en/of stage12,00 uren
Werktijd buiten de contacturen166,00 uren

Toetsing (lijst)

Evaluatie(s) voor de eerste examenkans
MomentVorm%Opmerking
AcademiejaarKennistoets90,00
AcademiejaarVaardigheidstoets simulatie10,00
Evaluatie(s) voor de tweede examenkans
MomentVorm%Opmerking
Tweede examenperiodeKennistoets90,00
Tweede examenperiodeVaardigheidstoets simulatie10,00

Toetsing (tekst)

De student neemt bij het opnemen van het opleidingsonderdeel Vlaamse Gebarentaal B verplicht deel aan het taalbadweekend. Indien de student een onvoldoende scoort en dit opleidingsonderdeel herneemt, neemt hij/zij opnieuw deel aan het taalbadweekend.
De evaluatie bestaat uit een opdracht doorheen het jaar, een tussentijds examen en een eindexamen.