Academiejaar
2020-21
Komt voor in:
- Specifieke lerarenopleiding (uitdovend - Antwerpen provincie), trajectschijf 1
In andere opleidingen:
-
Specifieke lerarenopleiding (uitdovend - Mechelen) als Communicatie en overleg
Dit is een enkelvoudig opleidingsonderdeel.
Studieomvang:
6 studiepunten
Co-titularis(sen): Claus Greet, De Belder Imke, De Beule Els, De Grave Hanne, De Laet Els, Goethals Kristin, Heylen Leen, Kustermans Stijn, Stevens Miek, Vermylen Paul
Onderwijstalen: Nederlands
Kalender: Semester 1 of Semester 2
Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).
Volgtijdelijkheid
Op dit opleidingsonderdeel is er geen volgtijdelijkheid van toepassing.
Tweede examenkans: wel mogelijk.
Delibereerbaarheid: Dit opleidingsonderdeel komt in aanmerking voor deliberatie onder de voorwaarden van de opleiding waarvoor je bent ingeschreven.
Totale studietijd: 80,00 uren
Korte omschrijving
Om tot open communicatie te komen, moeten we de manier waarop mensen communiceren kunnen analyseren, en daarbij een inzicht verwerven in onze eigen manier van communiceren. We bekijken communicatie vooral vanuit een relationeel standpunt. Wat veroorzaakt conflicten? Hoe kunnen we die voorkomen of oplossen? Welke technieken kunnen we hanteren om open te communiceren? We werken in deze module zowel aan inzichten, als aan gespreksvaardigheden, zowel schriftelijke als mondelinge communicatie- en overlegvormen die typisch zijn voor een schoolcontext.
OLR-Leerdoelen (lijst)
2 De leraar als opvoeder
De studenten kunnen inzichten op basis van aangereikte communicatietheorieën mondeling en schriftelijk toelichten in Standaardnederlands (BC 7.5, 10.1) |
De studenten kunnen aan leerlingen (uit een geschetste case) een rapportcommentaar schrijven volgens de richtlijnen van feedback geven in Standaardnederlands (BC 1.9, 1.11, 2.1, 2.2, 2.6, 6.2, 6.3, 6.5, 7.5); |
6 De leraar als partner van de ouders/verzorgers
De studenten kunnen aan ouders van leerlingen (uit een geschetste case) een korte tekst opstellen m.b.t. hun kind op school in Standaardnederlands of een ander passend register (BC 6.2, 6.3, 6.5) |
De studenten kunnen op basis van een voorafgaande klassenraad een open en constructief gesprek voeren met (fictieve) ouders van een (geschetste case) leerling over hun kind in de klas in Standaardnederlands of een ander passend register, rekening houdend met de (talige) diversiteit van de ouders (BC 2.1, 2.5, 2.6, 6.1, 6.2, 6.3, 6.4, 6.5, 6.6) |
De studenten kunnen aan hun medestudenten /collega’s op een gepaste wijze feedback geven (BC 2.3, 7.3, 7.5, 9.2) |
De studenten kunnen reflecteren over hun functioneren als leerkracht in hun rol als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen, als opvoeder, als partner van ouders en verzorgers, als lid van een schoolteam, als lid van de onderwijsgemeenschap en als cultuurparticipant (BC 5.3, 9.2, 10.1 |
10 De leraar als cultuurparticipant
De studenten kunnen aangeven hoe ze assertief en verbindend zouden omgaan met lastig gedrag van leerlingen, ouders, collega's of directie, op basis van een aangereikt theoretisch kader, aangereikte technieken en een forum met collega’s (BC 2.1, 2.2, 2.3, 2.5, 2.6, 7.3, 7.5, 9.2, 10.1) |
1 De leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen
De studenten kunnen de ouders van leerlingen (uit een geschetste case) op de hoogte stellen van de vorderingen van hun kind via een rapportcommentaar volgens de richtlijnen van feedback geven in Standaardnederlands (BC 1.9, 1.11, 2.1, 2.2, 2.6, 6.2, 6.3, 6.5, 7.5); |
De studenten kunnen in overleg en samenwerking met collega’s een vakoverschrijdend project ontwerpen dat de ouders van leerlingen in een school meer bij het schoolgebeuren betrekt (BC 7.1, 7.2, 7.5, 9.2) |
7 De leraar als lid van een schoolteam
De studenten kunnen op een gepaste wijze omgaan met feedback van hun medestudenten /collega’s en begeleider /directie (BC 2.3, 7.3, 7.5, 9.2) |
De studenten kunnen op constructieve wijze, in het Standaardnederlands, het profiel van een (fictieve) leerling bespreken, diens prestaties met het oog op remediëring, differentiatie en het leer- en ontwikkelingsproces van de leerling in het algemeen (BC 1.1, 1.9, 1.13, 7.1, 7.2, 7.3, 7.5, 9.2, 10.1) |
De studenten kunnen in overleg en samenwerking met collega’s communicatie voor ouders ontwerpen over een bepaald (fictief) project op school, rekening houdend met de taalwetgeving en de (talige) diversiteit van de ouders (BC 6.3, 6.5, 6.6) |
begrijpt wensen, verwachtingen en behoeftes van de klant en kan hierop inspelen |
9 De leraar als lid van de onderwijsgemeenschap
De studenten kunnen op constructieve wijze, in het Standaardnederlands, deelnemen aan een (gesimuleerde) klassenraad (op basis van aangereikte gegevens) (BC 1.1, 1.9, 1.13, 7.1, 7.2, 7.3, 7.5, 9.2, 10.1) |
Leerinhoud
• Theoretisch kader van communicatie • Basisomgangsvormen • Territoriumtheorie • Assertiviteit en omgaan met lastig gedrag • Verbindende communicatie • Het geven en ontvangen van mondelinge en schriftelijke feedback • Lid van een schoolteam (klassenraad, werkgroep, ...) • De taal der acceptatie (luister- en gespreksvaardigheden) • Communicatie met ouders
Studiematerialen (tekst): Verplicht
Cursus ‘Communicatie en overleg’ aangevuld met materiaal op de elektronische leeromgeving Smartschool.
Toetsing (lijst)
Evaluatie(s) voor de eerste examenkans
Moment | Vorm | % | Opmerking |
Academiejaar | Reflectieopdracht | 10,00 | |
Academiejaar | Vaardigheidstoets hands off | 30,00 | |
Academiejaar | Vaardigheidstoets hands on | 30,00 | |
Academiejaar | Vaardigheidstoets simulatie | 30,00 | |
Evaluatie(s) voor de tweede examenkans
Moment | Vorm | % | Opmerking |
Tweede examenperiode | Reflectieopdracht | 10,00 | |
Tweede examenperiode | Vaardigheidstoets hands off | 30,00 | |
Tweede examenperiode | Vaardigheidstoets hands on | 30,00 | |
Tweede examenperiode | Vaardigheidstoets simulatie | 30,00 | |
Toetsing (tekst)
Toetsen gebeurt voornamelijk door opdrachten en evaluatie van simulaties doorheen de module. Een aanwezigheid van 70% is vereist.