Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen
Koninklijk Conservatorium Antwerpen
campus Desguinlei
Desguinlei 25 - 2018 Antwerpen
T +32 3 244 18 00 - F +32 3 238 90 17
conservatorium@ap.be
Zang 3 (jazz)681/2116/2122/1/75
Studiegids

Zang 3 (jazz)

681/2116/2122/1/75
Academiejaar 2021-22
Komt voor in:
  • Bachelor in de muziek, trajectschijf 3
    Keuzeoptie van afstudeerrichting:
    • Zang (jazz) binnen Jazz
Dit is een enkelvoudig opleidingsonderdeel.
Studieomvang: 12 studiepunten
Titularis: Wiernik Barbara
Andere co-titularis(sen): Smedts Els
Onderwijstalen: Nederlands
Kalender: Academiejaar
Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).
Mogelijke grensdata voor leerkrediet: 31.10.2021 (Academiejaar)
Tweede examenkans: niet mogelijk.
Delibereerbaarheid: Voor dit opleidingsonderdeel moet je slagen (wordt nooit gedelibereerd).
Totale studietijd: 360,00 uren

Volgtijdelijkheid

geslaagd voor Zang 2 (jazz).

Onderwijsorganisatie (tekst)

- Individuele lessen
- Collectieve momenten
- Optreden
- Workshops en masterclasses

Begincompetenties (tekst)

Beantwoorden aan de eindcompetenties van zang: 2 (jazz), repertoire 1 en ensemble 1

Eindcompetenties (tekst)

Algemene doelstelling:
* het ontwikkelen van technische, stilistische en muzikale vaardigheden
* het bestuderen van een zo breed mogelijke waaier van stijlen en stromingen.
* Specifieke vaardigheden m.b.t. ‘performance’ en improvisatie ontwikkelen.

De Bachelor opleiding richt zich vooral op de ontwikkeling van basis vaardigheiden binnen het jazz repertoire. De leerling maakt zich vertrouwd met een repertoire van verschillende stukken, leert gestructureerd studeren, samenspelen met anderen en leert basisvaardigheden wat betreft leiding nemen in de muziek. Hij/zij wordt vertrouwd met de verschillende stijlen die binnen het jazzrepertoire bestaan, leert verschillende keuzes kennen wat uitvoering betreft en kan moeiteloos functioneren binnen een jazzensemble. Kennis van het algehele jazzrepertoire met enigszins een brede aanpak, dus zowel “jazzstandards” als ook “moderne jazz”. Hij/zij leert zijn/haar stem kennen, leert stukken in de juiste toonsoort te zetten. De student/e ontwikkelt een professioneel, gezond en expressief stemgebruik.

OLR-Leerdoelen (lijst)

1.1 De student beheerst het repertoire representatief voor zijn discipline.
De student is in staat om meer geavanceerde akkoordenschema’s uit te voeren bv. Monk, Coltrane, …
1.2 De student musiceert in verschillende stijlen.
De student is in staat om eenvoudige, standaard en harmonisch geavanceerde akkoordenschema’s stilistisch correct uit te voeren.
De student maakt kennis met het zingen in vreemde maatsoorten.
1.4 De student verwerkt muziek creatief.
De student beheerst basic scat syllables.
De student is in staat om te improviseren over harmonisch meer geavanceerde akkoordenschema’s
De student komt tot tekstinterpretatie.
De student toont een aanzet tot persoonlijke stijlontwikkeling.
1.5 De student gaat een artistieke confrontatie met een publiek aan.
De student toont een gepast podiumgedrag.
2.1 De student beheerst de muzikale parameters en structuren
De student beheerst de muzikale vaardigheden (tempo, timing, intonatie, klank, motiefontwikkeling, frasering, vorm, luistervaardigheid, …)
2.2 De student boekt vooruitgang op basis van zelfstudie.
De student kan een efficiënte studieplanning opmaken en deze volgen.
2.4 De student beheerst de juiste speeltechnieken en -houdingen.
De student beheerst de zangtechnische vaardigheden (articulatie, uitspraak vreemde talen, gezond stemgebruik, ademsteun, …)
2.5b De student herkent muziekmateriaal op het gehoor.
De student experimenteert met de technische middelen binnen zijn vakgebied.
3.1 De student bezit sociale- en communicatieve vaardigheden.
De student kan zelf een band samenstellen en toont een aanzet tot leiderschap.

Leerinhoud

a) ritme, articulatie, time-feel: check out: Miles, Parker, odd metres, etc...

b) transcripties, solo’s: transcripties van moeilijkere aard, zowel technisch als ook harmonisch. Verwacht worden 2 transcripties die gezongen kunnen worden, 1 met de opname, 1 met begeleidingsband (Wordt geëxamineerd in het technische examen)

c) voordracht: Voordracht heeft uiteraard de grootste aandacht in de hoofdvakles. Er wordt gewerkt op tekstinterpretatie, articulatie, op verschillende tempi en ritmische ‘feels’, op stemtechniek in functie van het repertoire, arrangement, soleren en samenspel. De leerling/e werkt met een vaste begeleider die elke les aanwezig is. Voor het examen bereidt de leerling/e stukken van verschillende aard en tempi voor. Verder heeft hij/zij ook de stukken van de repertoirelijst(en) voorbereid. In afspraak met de hoofdvakdocent/e kan de leerling/e over de helft van de repertoirestukken een solo zingen. De commissie maakt tijdens het examen een keuze uit het repertoire.
In het derde jaar zal er naar iets meer zelfstandigheid bij het kiezen van het werkmateriaal toegewerkt worden: uiteraard blijft dit voor het grootste deel binnen de mainstream jazz context, maar er is ook ruimte voor individuele voorkeuren. Ook de werkwijze maakt een stap richting zelfstandigheid

d) verdere aandachtspunten: * Presentatie * Tekstbehandeling * Engels accent * Lichaamshouding * Tempovastheid * Timing * Intonatie * Klank * Improvisatie * Stijlvariatie * Vreemde maatsoorten * Verschillende tempi * ‘outside playing’ * Motief ontwikkeling * Frasering * Stemvoering * Harmonisch inzicht * Ritmische variatie * Articulatie * Melodische interpretatie * Auditieve geheugentraining * Expressiviteit * Vormbeheersing * Muzikaal leiderschap * Persoonlijke stijlontwikkeling * Muzikaliteit * ontwikkelen artistiek concept

Studiematerialen (tekst): Aanbevolen

* Partituren
* Jazzrepertoire
* Cd’s

Onderwijsorganisatie

Werkvormen
Artistieke praktijk30,00 uren
Werktijd buiten de contacturen330,00 uren

Toetsing (lijst)

Evaluatie(s) voor de eerste examenkans
MomentVorm%Opmerking
AcademiejaarVaardigheidstoets artistiek100,00

Toetsing (tekst)

Evaluatievormen: De student stelt op eigen initiatief een ensemble samen en speelt gedurende een bepaalde tijdsduur en volgens een opgegeven repertoire zijn/haar voordracht examen. De keuze van het repertoire gebeurt in overleg met de hoofdvakdocent. Het examen wordt afgelegd in juni.

Aantal stukken / Tijdsduur: 4 à 5 stukken, 30 min.

Jury: De jury bestaat uit min. drie personen waaronder de hoofdvakdocent en de docent(en) van dezelfde instrument groep en een extern jurylid

Evaluatienormen: De student moet blijk geven van een voldoende muzikale en technische basis om de master te kunnen aanvatten en van een begin van persoonlijke stijlontwikkeling en uitgebreide repertoire kennis

Beoordeeld worden:
* repertoire
* muzikale parameters en harmonisch inzicht
* artistieke expressie
* vaktechnische beheersing
* artistieke evolutie

B3:de student moet blijk geven van een begin van persoonlijke stijlontwikkeling en een meer uitgebreide repertoirekennis. De student moet blijk geven van een voldoende muzikale en technische basis om de meestergraad te kunnen aanvatten.
De student is geslaagd indien hij/zij minstens 50% van de punten heeft behaald.