Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen
Gezondheid en Welzijn
campus Spoor Noord Noorderplaats
Noorderplaats 2 - 2000 Antwerpen
gw@ap.be
Beroepspraktijk A32772/2149/2122/1/76
Studiegids

Beroepspraktijk A

32772/2149/2122/1/76
Academiejaar 2021-22
Komt voor in:
  • Graduaat maatschappelijk werk (Antwerpen), trajectschijf 2
In andere opleidingen:
  • Graduaat maatschappelijk werk (Mechelen) als Beroepspraktijk A
  • Graduaat sociaal-cultureel werk als Beroepspraktijk A
Dit is een enkelvoudig opleidingsonderdeel.
Studieomvang: 13 studiepunten
Co-titularis(sen): Boutchakate Samirah, Delpire Johan, El Faissouni Yassine, Engels Anouk, Heylen Clara, Ivens Cathy, Leirs Sybryn, Mampaey Merel, Marynissen Tinne, Polak Robin, Possemiers Sanne, Proost Stefanie, Taverniers Jessi, Van Laethem Danique, Verschaeren Edward, Vleugels Evelien
Onderwijstalen: Nederlands
Kalender: Semester 1 of Semester 2
Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).

Volgtijdelijkheid

simultaan te volgen met Praktijkverkenning OF eerder ingeschreven voor Praktijkverkenning.
Tweede examenkans: niet mogelijk.
Delibereerbaarheid: Voor dit opleidingsonderdeel moet je slagen (wordt nooit gedelibereerd).
Totale studietijd: 364,00 uren

Korte omschrijving

Het opleidingsonderdeel Beroepspraktijk A behandelt gesuperviseerd werkplekleren.
Het opleidingsonderdeel Beroepspraktijk A bereidt voor op het professioneel functioneren in een beroepspraktijkorganisatie binnen de sector.

Onderwijsorganisatie (tekst)

De student voldoet aan de toelatingsvoorwaarden voor de inschrijving van een graduaatsopleiding zoals bepaald in het onderwijs- en examenreglement.

OLR-Leerdoelen (lijst)

03: contact: Legt professioneel, respectvol en empathisch contact met de cliënt, het cliëntsysteem en andere relevante actoren.
De student handelt empathisch in contact met cliënt en cliëntsysteem.
De student handelt respectvol in contact met andere actoren.
De student handelt respectvol in contact met cliënt en cliëntsysteem.
De student past het methodisch kader toe.
05: brugfunctie: Neemt een brugfunctie op tussen de cliënt, het cliëntsysteem en maatschappelijke voorzieningen.
De student neemt een brugfunctie op tussen de cliënt en het cliëntsysteem in een gesuperviseerde context.
De student neemt een brugfunctie op tussen de cliënt en/of het cliëntsysteem en maatschappelijke voorzieningen in een gesuperviseerde context.
09: begeleiding: Begeleidt de cliënt en het cliëntsysteem doorheen het hulpverleningstraject en handelt daarbij op een methodische, agogisch verantwoorde wijze.
De student handelt rekening houdend met de leefwereld van de doelgroepen.
De student verkent en herkent individuele hulpvragen van cliënten zoals verwacht volgens zijn functie.
11: participatie: Stimuleert de cliënt en het cliëntsysteem tot actieve participatie aan de samenleving.
De student stimuleert het groeiproces van de cliënt in een gesuperviseerde context.
De student activeert de zelfredzaamheid van de cliënt en/of het cliëntsysteem.
De student begeleidt activeringsprocessen in een gesuperviseerde context.
13: teamwork: Plant en organiseert de eigen activiteiten en werkt actief en constructief samen in multidisciplinair verband met alle relevante actoren.
De student werkt constructief samen in teamverband.
De student maakt een planning.
De student werkt samen met het team i.f.v. de client of het cliëntsysteem.
02: beroepsethisch: Handelt bewust binnen een beroepsethisch en wettelijk kader.
De student past het beroepsethisch kader toe in een gesuperviseerde context.
04: stimuleert interactie: Stimuleert de cliënt en het cliëntsysteem tot interactie met de omgeving.
De student activeert het sociaal netwerk van de cliënt en/of het cliëntsysteem.
06: communicatie: Communiceert zowel schriftelijk als mondeling in begrijpelijke en correcte taal, hanteert adequaat diverse communicatie- en interactievormen en zorgt voor de administratieve opvolging.
De student communiceert mondeling op een doelgerichte manier met de cliënt en/of het cliëntsysteem.
De student stemt zijn schriftelijke communicatie af op de ontvanger.
De student kiest de juiste communicatie- en interactievormen.
08: hulpverlening: In nieuwe en complexe contexten informeert en adviseert de gegradueerde de cliënt en het cliëntsysteem bij hun hulpvragen en noden.
De student informeert en/of adviseert de cliënt doelgericht in een gesuperviseerde contex.
10: interactieprocessen: Begeleidt interactieprocessen tussen cliënten en cliëntgroepen en draagt bij aan opleidingsacties.
De student begeleidt interactieprocessen in het cliëntsysteem in een gesuperviseerde context.
De student begeleidt interactieprocessen tussen cliënten/cliëntgroepen.
14: deskundigheidsontwikkeling: Ontwikkelt zijn professioneel handelen permanent op basis van (zelf)reflectie en deskundigheidsontwikkeling.
De student durft zijn functioneren bespreekbaar te maken.
De student vraagt en ontvangt feedback op gepaste wijze op de werkplek.
De student past de bestaande methodieken, regels en procedures op de werkplek toe.
01: grondhouding: Stelt de cliënt centraal, bevordert empowerment, emancipatie en sociale cohesie, uitgaande van de mensenrechten en met respect voor gelijkwaardigheid en diversiteit.
De student past de waarden en normen van het beroep toe in een gesuperviseerde context.

Leerinhoud

In dit opleidingsonderdeel vindt het werkplekleren plaats. het accent ligt op het professioneel functioneren binnen het maatschappelijk werkveld. Het profiel van de maatschappelijk werker is het uitgangspunt. De student neemt actief deel aan de werking van de praktijkorganisatie. De student is verantwoordelijk voor het eigen leerproces. De student reflecteert kritisch tijdens individuele gesprekken, en samen met medestudenten tijdens groepsgesprekken.

Studiematerialen (tekst): Verplicht

  • Info- en opdrachtenbundel Beroepspraktijk A
  • Infogids Beroepspraktijk A
  • Het cursusmateriaal zal digitaal ter beschikking worden gesteld.

Onderwijsorganisatie

Werkvormen
Vormen van groepsleren10,50 uren
Werkplekleren en/of stage200,00 uren
Werktijd buiten de contacturen153,50 uren

Toetsing (lijst)

Evaluatie(s) voor de eerste examenkans
MomentVorm%Opmerking
AcademiejaarPortfolio30,00
AcademiejaarStage70,00

Toetsing (tekst)

Aanwezigheid bij contactmomenten is verplicht. Per ongewettigde afwezigheid kan één punt van het totaal van 20 punten worden afgetrokken.Twee of meer ongewettigde afwezigheden (zoals beschreven in het OER) tijdens het coachingstraject (groeps- en individuele gesprekken) kunnen leiden tot een nul op het onderdeel portfolio. Meer gedetailleerde informatie hierover vind je terug in het reglement werkplekleren.