Het opleidingsonderdeel 'Verbeeldend onderzoek in kunsteducatieve settings' kun je inhoudelijk onderverdelen in vier componenten. Samen laten ze je kennismaken met de basisbestanddelen van
Mantle of the Expert: onderzoek, drama als (artistiek) leermiddel en de Mantle of the Expert-pedagogie.
De eerste component geeft je een overzicht van de
Mantle of the Expert-aanpak. De tweede component geeft je een inleiding tot het onderzoekend leren. De derde component gaat dieper in op
Mantle of the Expert als pedagogie. De vierde component verkent drama als een medium voor artistiek leren.
Beschouw de vier componenten niet als afzonderlijk of opeenvolgend: in de praktijk overlappen ze elkaar, vullen ze elkaar aan en worden ze tegelijkertijd aangeleerd. Ze zitten niet enkel verweven in het opleidingsonderdeel ‘Verbeeldend onderzoek’, maar in alle opleidingsonderdelen.
Component 1 – De 9 elementen van Mantle of the Expert
Deze component is ontworpen om je kennis te laten maken met de belangrijkste elementen van
Mantle of the Expert. Hij zal je helpen om het 'grote geheel' te zien, maar ook om je een inzicht te geven in de belangrijkste onderdelen van de methode. Tijdens verschillende trainingsessies – aan de hand van de workshopmethode – zal de hoofddocent een aantal
Mantle of the Expert-contexten creëren die je de kans geven om
Mantle of the Expert als deelnemer te ervaren en samen met de andere studenten een fictieve context op te bouwen. Vanuit dit perspectief zul je in staat zijn om de onderliggende aspecten van de aanpak te begrijpen zoals sequentie, progressie en continuïteit en om een begrip te ontwikkelen van hoe de aanpak kan gebruikt worden om betekenisvolle en boeiende leercontexten te creëren.
Component 2 – Community of inquiryComponent 2 richt zich op sociaal-geconstrueerde praktijken en onderzoek, met inbegrip van een gedetailleerd begrip van het verschil tussen ondervragend en onderzoekend leren. Diepe aandacht wordt besteed aan de concepten van gestructureerd en open leren en aan de aanpak van ontdekkend leren. De trainingsessies (maar ook het opleidingsonderdeel 'Observatie en intervisie') zullen je in staat stellen de valkuilen en voordelen van deze pedagogische domeinen te zien, eventueel te herzien en je eigen vaardigheden erin aan te scherpen.
Daarnaast richt deze component zich op:
- De kinderen als vragenstellers, de leraar als bemiddelaar;
- Het gebruik van verschillende lesmethoden: inductief, instructief, deductief en de keuzes die leraren maken wanneer ze deze toepassen;
- Verkenning van de concepten en praktijken van een community of inquiry (een onderzoeksgemeenschap): het onderzoeken van spanningen, probleemstelling en probleemoplossing en de strategieën die samenhangen met het delen van ‘macht’ van volwassenen met leerlingen;
- De verschillende toepassingen van Mantle of the Expert-praktijken om het leren te verbeelden of te representeren (iconisch, symbolisch, motorisch);
- Begrijpen hoe je interactieve en reflectieve vragen kunt inzetten die bepaalde eisen stellen aan de leerlingen. Het idee is om ervoor te zorgen dat een betekenisvolle bijdrage eerder van de leerlingen komt dan van de leraar;
- De effecten van ‘het verborgen curriculum’ en de uitdagingen die Mantle of the Expert stelt aan vaak ingeburgerde aspecten van de schoolcultuur zoals ‘vinger omhoog' en het gebruik van straffen en belonen, inclusief lofprijzingen.
Component 3 - Mantel of the Expert-pedagogieDoorheen dit opleidingsonderdeel zal je de belangrijkste concepten van de dramatische structuur van
Mantle of the Expert verkennen en hoe deze gebruikt kunnen worden om artistiek leren te ontwikkelen.
Mantle of the Expert heeft drie bepalende kenmerken:
- De leerlingen werken in de fictie als een team van experts met bevoegdheden en verantwoordelijkheden;
- Het team werkt voor een opdrachtgever: een klant die normen stelt en geïnformeerd wil worden;
- De klant geeft het team de opdracht om taken en activiteiten uit te voeren naar een eindproduct of project toe. Deze taken en activiteiten creëren mogelijkheden voor de leerlingen om het curriculum (over brede vakgebieden heen) te bestuderen.
Tijdens het exploreren van deze functies of kenmerken leer je hoe je
Mantle of the Expert kunt plannen en hoe je de aanpak kunt gebruiken om boeiende en zinvolle leermogelijkheden te genereren. Taal, zoals je zult ontdekken, staat centraal in dit proces en je zult veel tijd besteden aan het analyseren van je taalgebruik (in het bijzonder het stellen van vragen) om samen te werken met je leerlingen, om de ‘macht’ te delen bij het nemen van beslissingen en om een
community of inquiry (een onderzoeksgemeenschap) op te bouwen.
Je leert ook over het gebruik van het verhaal in
Mantle of the Expert en hoe dat narratieve aspect van de methode wordt ingezet om het leren bijzonder en onvergetelijk te maken.
Component 4 - MoE 2.0: van methode naar methodiek
Voor deze component wordt er een opsplitsing gemaakt tussen studenten die lesgeven in het basis- of secundair onderwijs (leerplichtonderwijs) en studenten die lesgeven in het kunstonderwijs of de kunsteducatieve sector. Voor studenten met een diploma van de educatieve bachelor of master in de
kunsten (of gelijkwaardig):
Op basis van onderzoeksresultaten van Bob Selderslaghs zal je in deze component exploreren hoe je door middel van
Mantle of the Expert direct en indirect artistieke competenties kan ontwikkelen bij kinderen. Voorts zullen de twee werelden van
MoE (
in & out of fiction) worden uitgebreid tot vier werelden waarin
teaching artists dienen te opereren wanneer ze aan de hand van
MoE wensen te evolueren van verbeeldend onderzoek tot artistiek product: de focus op het proces in en uit de fictie en op het product in en uit de fictie. Verder wordt er toegespitst op diverse kunsteducatieve contexten: hoe kan
MoE doeltreffend worden ingezet – voor verschillende leeftijden en doelgroepen – in het deeltijds kunstonderwijs, het kunstsecundair onderwijs en de kunsteducatieve sector?
Je bestudeert cruciale aspecten van
MoE in kunsteducatieve settings, zoals voorwaarden tot participatie, het opbouwen van geloof, representeren in plaats van transformeren, het verkennen van standpunten en het gebruik van de dimensies van de dramatische of theatrale verbeelding. Op die manier wordt de methode
MoE uitgebreid tot de methodiek
MoE 2.0, waarbij verschillende submethoden gekoppeld worden aan de overkoepelende onderwijsbenadering.