Academiejaar
2022-23
Komt voor in:
- Postgraduaat Muziek - orkestinstrument
Dit is een enkelvoudig opleidingsonderdeel.
Studieomvang:
9 studiepunten
Men kan dit opleidingsonderdeel niet volgen binnen een
- creditcontract.
- examencontract (met het oog op het behalen van een creditbewijs).
- examencontract (met het oog op het behalen van een diploma).
Titularis: De Fleyt Karin
Andere co-titularis(sen): Anthonis Luc, De Neve Guido, Moore Thomas, Ninove Jérémie, Overlach Miriam, Verhoyen Peter, Wilmaers Koen
Onderwijstalen: Nederlands
Kalender: Academiejaar
Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).
Volgtijdelijkheid
Op dit opleidingsonderdeel is er geen volgtijdelijkheid van toepassing.
Tweede examenkans: wel mogelijk.
Delibereerbaarheid: Voor dit opleidingsonderdeel moet je slagen (wordt nooit gedelibereerd).
Totale studietijd: 285,00 uren
Onderwijsorganisatie (tekst)
Zelfstudie. De student kan evenwel raadgevingen vragen aan de hoofdvakdocent tijdens de individuele instrumentlessen.
Begincompetenties (tekst)
Geslaagd zijn voor de toelatingsproef orkestinstrument postgraduaat
Leerinhoud
Lees het vademecum!
Orkesttrekken zijn een basisonderdeel van de instrumentopleiding
De studenten bereiden zich voor om professioneel te kunnen functioneren binnen een orkest. Daartoe studeren ze relevante (de passages die op verschillende audities gevraagd worden) passages voor hun instrument uit de orkestliteratuur en frequent gevraagde concerti of solowerken op audities in professionele orkesten.
Studiematerialen (tekst): Verplicht
Toetsing (lijst)
Evaluatie(s) voor de eerste examenkans
Moment | Vorm | % | Opmerking |
Academiejaar | Vaardigheidstoets artistiek in de examenreeks | 100,00 | |
Evaluatie(s) voor de tweede examenkans
Moment | Vorm | % | Opmerking |
Tweede examenperiode | Vaardigheidstoets artistiek in de examenreeks | 100,00 | |
Toetsing (tekst)
Evaluatievormen:
Een vaardigheidstoets voor een interne jury.
Examenprogramma
Blaasinstrumenten tijdens de examenperiode januari
• 8 opgelegde orkesttrekken. Deze orkesttrekken worden ten laatste 1 maand voor de proef aan de studenten opgegeven.
• de eerste en tweede beweging uit een klassiek concerto (behalve voor basklarinet: auditiewerk), te bepalen in overleg met de hoofdvakdocent.
Viool tijdens de examenperiode mei/juni
• 10 opgelegde orkesttrekken. Deze orkesttrekken worden ten laatste 1 maand voor de proef aan de studenten opgegeven.
• de eerste beweging van het concerto in G, D of A van Mozart, te bepalen in overleg met de hoofdvakdocent.
• eerste deel van een vioolconcerto naar keuze
Lage strijkinstrumenten tijdens de examenperiode mei/juni
• 10 opgelegde orkesttrekken. Deze orkesttrekken worden ten laatste 1 maand voor de proef aan de studenten opgegeven.
• de eerste beweging van een klassiek concerto, te bepalen in overleg met de hoofdvakdocent. (dit werk mag eventueel op het instrument examen opnieuw gespeeld worden)
• 1 solowerk geschikt voor een auditie
Harp tijdens de examenperiode mei/juni
• 8 opgelegde orkesttrekken. Deze orkesttrekken worden ten laatste 1 maand voor de proef aan de studenten opgegeven.
• 1 auditiewerk - te bepalen in overleg met de hoofdvakdocent
percussie & marimba tijdens de examenperiode mei/juni
• 8 opgelegde orkesttrekken. Deze orkesttrekken worden ten laatste 1 maand voor de proef aan de studenten opgegeven.
Evaluatienormen:
De student behaalt de gestelde eindcompetenties, toont aan dat hij/zij het instrument beheerst en dat hij/zij met inzicht, stijlkennis en artistieke uitstraling een partituur kan vertolken in de zeer specifieke context van een auditie.
De student moet minstens 50% van de punten behalen om te slagen op het opleidingsonderdeel.