Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen
Koninklijk Conservatorium van Antwerpen
Kunstfilosofie (dans)36382/2827/2223/1/61
Studiegids

Kunstfilosofie (dans)

36382/2827/2223/1/61
Academiejaar 2022-23
Komt voor in:
  • Schakelprogramma dans
  • Voorbereidingsprogramma muziek- en podiumkunsten
Dit is een enkelvoudig opleidingsonderdeel.
Studieomvang: 3 studiepunten
Titularis: Terclaevers Iris
Andere co-titularis(sen): Goossens Dimitri, Epifanio Renata Lamenza
Onderwijstalen: Nederlands
Kalender: Academiejaar
Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).
Mogelijke grensdata voor leerkrediet: 31.10.2022 (Academiejaar)
Tweede examenkans: wel mogelijk.
Delibereerbaarheid: Voor dit opleidingsonderdeel moet je slagen (wordt nooit gedelibereerd).
Totale studietijd: 90,00 uren

Volgtijdelijkheid

Op dit opleidingsonderdeel is er geen volgtijdelijkheid van toepassing.

Begincompetenties (tekst)

  • Geslaagd zijn voor de toelatingsproef.
  • De student heeft een algemene basiskennis van de filosofie en van algemene culturele vakken zoals die worden aangeboden in het curriculum van het Conservatorium of gelijkwaardig daaraan.

OLR-Leerdoelen (lijst)

De student kan een persoonlijk en onderbouwd antwoord formuleren op de basisvragen uit de kunstfilosofie
De student kan een inzicht verwoorden over de betekenis en eigenheid van kunst en de kunstvormen
De student kan een inzicht verwoorden over vragen betreffende de kunst als een historisch-cultureel proces en gebeuren.
De student heeft een inzicht verworven in de kritische vraagstelling rond kunsten in het algemeen en muziek in het bijzonder – zowel op esthetisch als cultureel-maatschappelijk vlak.
De student is in staat de historische veranderingen in de uitvoeringspraktijk in algemene zin kritisch te duiden en vruchtbaar te maken voor het nadenken over de eigen praktijk.
De student is in staat zelfstandig basisteksten met een kritisch, filosofisch uitgangspunt te lezen, te begrijpen en te interpreteren.

Leerinhoud

De filosofie stelt zich wezenlijke vragen over de mens en zijn handelen in de wereld. Vragen waar niet direct een eenduidig of pasklaar antwoord op te geven valt. Eén van deze soorten van handelen, fundamenteel humaan, is kunst. Kunstfilosofie is de deeldiscipline van de filosofie die zoekt naar de fundamenten van kunst als discipline, als handelen, als ervaring, als vorm van discours of taal.....of het over de onmogelijkheid van vaste fundamenten wil hebben (post-metafysische). De cursus wil een overzicht geven van belangrijke en vooral ook actuele vraagstellingen in de kunstfilosofie en de antwoorden die daar door verschillende denkers op gegeven zijn. De bedoeling is dat de student niet alleen zich deze visies eigen maakt, maar de visies van deze verschillende denkers ook met elkaar confronteert en ze toetsen kan aan concrete kunstwerken van vroeger en nu die in de les kunnen gepresenteerd worden. Op die manier kan meer inzicht in kunst en het eigen kunstzinnige handelen rijpen en groeien. Om dit na te streven begint de cursus met de vraagstelling naar aard en taak van kunstfilosofie en de verschillende grote perspectieven op de aard van kunst ('Wat is kunst?'). Bij de verkenning van deze perspectieven worden reeds een aantal belangrijke namen uit de filosofie verkend (Schopenhauer, Nietzsche bv.). Vervolgens zal de cursus thematisch te werk gaan. Vraagstukken of probleemstellingen uit de kunstfilosofie worden behandeld aan de hand van lectuur van tekstfragmenten rond die topics. Bij de behandeling van die vraagstukken zullen de filosofische visies van heel wat grote namen uit de kunstfilosofische traditie verkend en toegelicht worden (Kant, Heidegger, Arthur Danto, Walter Benjamin....), maar ook zal aandacht gaan naar kunstfilosofische auteurs die ook vandaag nog actief zijn rond die problematieken (Carolyn Korsmeyer, Rina Arya, Petra Van Brabandt, ...). Een verkenning die vooral binnen de westerse traditie en cultuur blijft omdat het zeer moeilijk is om vanuit onze plaatsgebondenheid in een niet-westerse kunstfilosofie te stappen binnen het bestek van een inleidende cursus.
Vraagstukken die aan bod kunnen komen (maar ook door voorstellen vanuit de studenten kunnen aangevuld worden) zijn:
Kan pornografie en/of horror kunst zijn?
Wat is een beeld?
Manieren van kijken: voyeurisme en de mannelijke blik in westerse kunst en esthetica in relatie tot het vrouwelijke?
Esthetica van het schone (Verlichting), de dood van schoonheid en een esthetica van afkeer en lelijkheid: kan afkeer ook een plaats krijgen in esthetica?
Kunst en commercialisering: authenticiteit van kunstwerk en kunstenaar?
Verschijnen en verbergen, stilte en spreken: het verschijnsel kunst en het spreken over kunst?

Studiematerialen (tekst): Verplicht

Van de studenten wordt gevraagd om zich het boek 'Denken over kunst' van Antoon Van den Braembussche te verschaffen. Dit boek dient als 'back-up' voor de behandelde filosofen uit de traditie en er zal naar aanleiding van de inhoud van de lessen naar verwezen worden om de studenten een kader aan te reiken. De te lezen tekstfragmenten zullen via het digitale leerplatform ter beschikking gesteld worden in pdf-format. De fragmenten zullen in het Nederlands, Engels of Frans zijn.

Studiematerialen (tekst): Aanbevolen

Er wordt bij het begin van de college’s een uitgebreide algemene en specifieke literatuurlijst aan de studenten bezorgd.

Onderwijsorganisatie

Werkvormen
Hoor- en/of werkcolleges30,00 uren
Werktijd buiten de contacturen60,00 uren

Toetsing (lijst)

Evaluatie(s) voor de eerste examenkans
MomentVorm%Opmerking
AcademiejaarReflectieopdracht in de examenreeks100,00
Evaluatie(s) voor de tweede examenkans
MomentVorm%Opmerking
Tweede examenperiodeReflectieopdracht in de examenreeks100,00

Toetsing (tekst)

Voor het examen studeren de studenten de filosofen die behandeld zijn tijdens de lessen op basis van het boek van A. Van den Braembussche, notities tijdens de les en eventuele powerpoints. Voor de filosofische topics is het met zicht op het examen de bedoeling dat studenten de teksten verkennen (soms thuis, soms tijdens de les) en deelnemen aan dialoog tijdens de les. Op het examen zullen vragen gesteld worden op basis van de teksten en notities tijdens de lesuren. Teksten mogen meegebracht worden naar het examen.
Examenvorm: mondeling examen