Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen
Koninklijke Academie van Antwerpen
Geschiedenis van de performatieve kunst 134251/2803/2223/1/40
Studiegids

Geschiedenis van de performatieve kunst 1

34251/2803/2223/1/40
Academiejaar 2022-23
Komt voor in:
  • Bachelor in de beeldende kunsten, trajectschijf 1
    Afstudeerrichting:
    • Kostuumontwerp
  • Bachelor of Arts in Visual Arts
    Afstudeerrichting:
    • Costume Design
Dit is een enkelvoudig opleidingsonderdeel.
Studieomvang: 3 studiepunten
Men kan dit opleidingsonderdeel enkel mits aparte toelating volgen binnen een
  • examencontract (met het oog op het behalen van een creditbewijs).
  • examencontract (met het oog op het behalen van een diploma).
Co-titularis(sen): Cassiers Edith
Onderwijstalen: Engels, Nederlands
Kalender: Semester 1 + Semester 2
Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).
Mogelijke grensdata voor leerkrediet: 31.10.2022 (Academiejaar)
Tweede examenkans: wel mogelijk.
Delibereerbaarheid: Voor dit opleidingsonderdeel moet je slagen (wordt nooit gedelibereerd).
Totale studietijd: 52,00 uren

Volgtijdelijkheid

Op dit opleidingsonderdeel is er geen volgtijdelijkheid van toepassing.

Begincompetenties (tekst)

Geen voorkennis vereist.

OLR-Leerdoelen (lijst)

BA3 - Kennis en inzicht hebben en blijven ontwikkelen in de maatschappelijke, culturele, artistieke, historische en internationale context van de beeldende kunsten en de artistieke praxis.
De student heeft een algemeen overzicht van de evolutie van het Westerse drama en theater van de Oudheid tot en met de Romantiek, in relatie tot de evolutie van de maatschappij en van de andere kunsten.

Leerinhoud

De cursus ‘Geschiedenis van de performatieve kunst’ beschrijft de evolutie van het fenomeen ‘performance’.

Er wordt een overzicht van de Europese theatergeschiedenis geschetst, maar ook Afrikaanse, Aziatische en Amerikaanse theatergeschiedenis komen uitgebreid aan bod. Naast theater, komt de geschiedenis van ook andere performatieve kunsten aan bod, waaronder dans, opera, Performance Art, rituelen, intreden, vaudeville en andere vormen van spektakelcultuur die steeds in hun (brede) maatschappelijke context gesitueerd worden.

Er wordt kritisch gekeken naar de (Westerse) geschiedschrijving en canonisering, en actief gereflecteerd vanuit concepten als imperialisme, kolonisatie, migratie, appropriatie, auteurschap, moderniteit en industrialisering.

Door middel van een kijk-, schrijf- en leestraject worden de studenten geëngageerd om op een kritische, bewuste manier zelf met het (historisch en hedendaags) materiaal aan de slag te gaan.

De volledige cursus ‘Geschiedenis van de performatieve kunst’ wordt gegeven over twee cursusjaren. ‘Geschiedenis van de performatieve kunst 1’ handelt over de oorsprong van het theater tot en met de zestiende eeuw. In ‘Geschiedenis van de performatieve kunst 2’ wordt de zeventiende eeuw tot en met het hedendaagse theater behandeld.

Studiematerialen (tekst): Verplicht

Het verplichte studiemateriaal voor ‘Geschiedenis van de performatieve kunst’ ziet er als volgt uit:

  • Lespresentaties (door de docent op Digitap geplaatst)
  • Lesnotities (door de student tijdens de lessen te maken)
  • Theaterteksten en andere leesfragmenten (door de docent op Digitap geplaatst)

Daarnaast dienen de studenten enkele films en theatervoorstellingen te zien. Praktische afspraken hiervoor worden in de les gemaakt.

De volgende werken kunnen facultatief bestudeerd worden:

  • Crombez, T., Koopmans, J., Peeters, F., Van den Dries, L., & Vanhaesebrouck, K. (2015). Theater: een westerse geschiedenis. Leuven: LannooCampus.
  • McConachie, B., Nellhaus, T., Sorgenfrei, C. F., & Underiner, T. (2016). Theatre histories: an introduction. Londen: Routledge.

Studiematerialen (tekst): Aanbevolen

- R.L. ERENSTEIN (red.): Een Theatergeschiedenis der Nederlanden. Tien eeuwen drama en theater in Nederland en Vlaanderen (Amsterdam: Amsterdam University Press, 1996) - O.G. BROCKETT, F.J. HILDY: History of the Theatre, Foundation Edition (New York: Allyn & Bacon, 2006)

Onderwijsorganisatie

Werkvormen
Hoor- en/of werkcolleges52,00 uren

Toetsing (lijst)

Evaluatie(s) voor de eerste examenkans
MomentVorm%Opmerking
AcademiejaarKennis- en inzichtstoets in de examenreeks75,00- De aanwezigheid van de student is een vereiste voor dit opleidingsonderdeel. Aanwezigheden maken deel uit van de permanente evaluatie. In het geval je gewettigd afwezig bent, breng je zo spoedig mogelijk een attest binnen op het secretariaat.- De kennistoets bestaat uit een schriftelijk examen na het eerste semester en een schriftelijk examen na het tweede semester. (75%)
AcademiejaarReflectieopdracht in de examenreeks25,00- De aanwezigheid van de student is een vereiste voor dit opleidingsonderdeel. Aanwezigheden maken deel uit van de permanente evaluatie. In het geval je gewettigd afwezig bent, breng je zo spoedig mogelijk een attest binnen op het secretariaat.- Permanente evaluatie bestaat uit aanwezigheid in de lessen gedurende het volledige academiejaar en twee reflectieopdrachten in de vorm van een mini-paper in het eerste semester en het tweede semester) (25%)
Evaluatie(s) voor de tweede examenkans
MomentVorm%Opmerking
AcademiejaarReflectieopdracht in de examenreeks25,00- De aanwezigheid van de student is een vereiste voor dit opleidingsonderdeel. Aanwezigheden maken deel uit van de permanente evaluatie. In het geval je gewettigd afwezig bent, breng je zo spoedig mogelijk een attest binnen op het secretariaat.- De reflectieopdracht bestaat uit twee mini-papers. (25%)
Tweede examenperiodeKennis- en inzichtstoets in de examenreeks75,00- De aanwezigheid van de student is een vereiste voor dit opleidingsonderdeel. Aanwezigheden maken deel uit van de permanente evaluatie. In het geval je gewettigd afwezig bent, breng je zo spoedig mogelijk een attest binnen op het secretariaat.
- De kennistoets bestaat uit twee schriftelijke examens (die respectievelijk de leerstof van het eerste en tweede semester toetsen). (75%)

Toetsing (tekst)

De evaluatie voor ‘Geschiedenis van de performatieve kunst’ ziet er als volgt uit:

  • Kennistoets (bestaande uit een schriftelijk examen na het eerste semester en een schriftelijk examen na het tweede semester)
  • Permanente evaluatie (bestaande uit aanwezigheid in de lessen gedurende het volledige academiejaar en twee reflectieopdrachten in de vorm van een mini-paper in het eerste semester en het tweede semester)