Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen
Business en Recht
Werkplekleren 230879/2855/2223/1/70
Studiegids

Werkplekleren 2

30879/2855/2223/1/70
Academiejaar 2022-23
Komt voor in:
  • Graduaat transport en logistiek, trajectschijf 1
Dit is een enkelvoudig opleidingsonderdeel.
Studieomvang: 12 studiepunten
Men kan dit opleidingsonderdeel niet volgen binnen een
  • examencontract (met het oog op het behalen van een creditbewijs).
  • examencontract (met het oog op het behalen van een diploma).
Co-titularis(sen): De Maere Mick, Peeters Frank, Serneels Elke, Willems Ellen
Onderwijstalen: Nederlands
Kalender: Semester 2
Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).

Volgtijdelijkheid

Op dit opleidingsonderdeel is er geen volgtijdelijkheid van toepassing.
Tweede examenkans: niet mogelijk.
Tolereerbaarheid: Voor dit opleidingsonderdeel moet je slagen (wordt nooit getolereerd).
Totale studietijd: 312,00 uren

Korte omschrijving

Het olod Werkplekleren 2 behandelt het operationaliseren van de (theoretische) leerinhouden van het tweede semester in de echte werkomgeving, uitgaande van een continue en nauwe wisselwerking tussen de theoretische olods en de werkplek.

De begeleidende lectoren zijn ook, voor een deel, de lectoren die de theorie geven. Het olod Werkplekleren 2 behandelt daarnaast de ruimere geografie, wetgeving en de producten met betrekking tot de activiteiten van het bedrijf waar de werkplek zich situeert.

Het olod Werkplekleren 2 kan voorbereiden op het behandelen van eenvoudige planningsopdrachten, het toepassen van de relevante wetgeving, het controleren, verzamelen en raadplegen van (standaard)documenten, het signaleren en rapporteren van fouten en het voorbereiden op zelfmanagement.

Het olod Werkplekleren 2 kan voorbereiden op het zelfstandig kunnen invullen van een eenvoudige douaneaangiften. 

Het olod Werkplekleren 2 kan voorbereiden op ondersteunende activiteiten inzake Warehousemanagement.

Het olod Werkplekleren 2 kan ook in samenspraak met de begeleidende lector ingevuld worden met algemene expeditie, transport of logistieke taken.

Geslaagd zijn op WPL1 is wenselijk  om aan deze OLOD succesvol te kunnen deelnemen. De slaagkansen voor dit olod zullen aanzienlijk verkleinen indien de student niet slaagde op het olod WPL1

De student kiest meestal een werkplek die het best aansluit bij de toekomstige keuze naar een afstudeerrichting. De keuze afstudeerrichting is pas definitief bij aanvang van het 2de jaar.

OLR-Leerdoelen (lijst)

01: Theoretische logistieke kennis: past algemene theoretische logistieke kennis toe in de domeinen transport en magazijnbeheer en schat de invloed in van andere processen en schakels van de logistieke keten op de logistieke processen waarbij de gegradueerde zelf betrokken is.
De student analyseert eenvoudige rekenkundige problemen en werkt een efficiënte oplossing uit
De student gebruikt Excel voor logistiek
De student maakt berekeningen i.v.m. gewicht en volume in functie van transport
02: Logistieke processen, implementatie van verbeteringen: analyseert eenvoudige logistieke processen en technieken en doet verbetervoorstellen. De gegradueerde werkt mee aan de implementatie van verbeteringen met het oog op effectiviteit, efficiëntie, kwaliteit, veiligheid en milieu.
De student controleert alle ingevulde documenten en aangiften met betrekking tot douaneverrichtingen
De student controleert de correctheid van de door de opdrachtgever/klant aangeleverde documentatie en (factuur)gegevens
De student controleert de opgemaakte douanedocumenten met de reële goederenstroom (bv. a.d.h.v. de vrachtbrief)
De student controleert of afspraken met dienstverleners/klanten werden nagekomen
De student controleert of de chauffeur en de vrachtwagen/trailer voorzien zijn van de nodige attesten en voldoen aan de op het transport toepasselijke wet- en regelgeving
De student controleert of de documenten die noodzakelijk zijn voor de opdracht aanwezig zijn en geen fouten bevatten
De student controleert op basis van de door de klant verstrekte gegevens, de douanecode en -tarieven
De student past de planning aan bij wijzigende omstandigheden, rekening houdend met de afgesproken prioriteiten
De student verzamelt de nodige informatie over de klant en de goederen
De student volgt de activiteiten van het personeel op en kijkt na
De student volgt de incidenten per chauffeur op
03: Communiceren: communiceert effectief en zakelijk over de logistieke processen waarbij hij betrokken is zowel intern als extern in de gangbare bedrijfstaal.
De student beantwoordt standaard e-mails in het Engels/Frans
De student communiceert met de financiële dienst indien afspraken met dienstverleners/klanten niet werden nagekomen
De student contacteert de douanediensten bij onvolledige gegevens, twijfel- of probleemgevallen
De student contacteert indien nodig de hulpdiensten
De student gebruikt het juiste vakjargon in het Nederlands
De student leest Franstalige/Engelstalige instructies en procedures en gebruikt hulpmiddelen indien nodig
De student voert een standaard zakelijk telefoongesprek in het Engels/Frans
De student wisselt informatie uit met interne diensten, douanediensten/autoriteiten
04: Teamwork, rapporteren: werkt constructief en flexibel in team, stuurt andere teamleden operationeel aan en rapporteert over de resultaten in functie van de logistieke doelstellingen van het bedrijf
De student brengt verslag uit van de eigen werkzaamheden volgens de afspraken op de werkplek
De student neemt actief deel aan een vergadering
De student signaleert en rapporteert onregelmatigheden bij het registreren van de opdracht, het opmaken van de douaneaangifte etc.
De student neemt op gepaste wijze initiatief in een team
05: Eigen ontwikkeling sturen, professioneel handelen: stuurt zijn eigen ontwikkeling en handelt professioneel, ethisch en maatschappelijk verantwoord.
De student past de veiligheidsvoorschriften in verband met de verschillende goederen toe in functie van transport en opslag
De student volgt de actualiteit i.v.m. logistiek specifiek voor de werkplek op

Leerinhoud

Tijdens Werkplekleren 1 heeft de student een basis en achtergrondinformatie opgelopen over de verschillende bedrijfsculturen, gewenst gedrag en samenwerking. Dit gebeurde op de campus aan de hand van werkcolleges, oefeningen en rollenspelen. Nu komt de student voor het eerst in contact met het bedrijf. De student voert administratieve en/of operationele taken uit en leert op deze manier de bedrijfsprocessen kennen. (Er hoeft nog geen focus te liggen op de afstudeerberoepen douanedeclarant, dispatcher wegvervoer of magazijnbeheerder).

Opdrachten voor de student:

Kort wekelijks verslag door de progressietracker. Deze dient als communicatiemiddel tussen student, stagementor (op het bedrijf) en stagebegeleider (AP Hogeschool).

Eigen leerverslagen van nieuwe processen, systemen of documenten die de student tijdens het Werkplekleren op het bedrijf leert kennen.

Zelfevaluatie: De student maakt een zelfevaluatie op (1x tussentijds en 1x aan het einde van het semester) over het leertraject en zijn voortgang. Deze zelfevaluatie wordt dan samen met de evaluatie van de mentor en de stagebegeleider besproken.

De slaagkansen voor WPL2 worden aanzienlijk verhoogd, indien je slaagde voor WPL1.

Studiematerialen (tekst): Verplicht

Een werkplekfiche is voorzien. Deze geeft aan welke leerinhouden tijdens de lessen op de hogeschool reeds aan bod kwamen. Deze fiche vraagt eveneens bepaalde topics te behandelen en en te beoordelen.

Deze fiches worden opgesteld samen met de lectoren die de theoretische olods geven.

Onderwijsorganisatie

Werkvormen
Werkplekleren en/of stage200,00 uren
Werktijd buiten de contacturen112,00 uren

Toetsing (lijst)

Evaluatie(s) voor beide examenkansen, niet herhaalbaar in tweede examenkans
MomentVorm%Opmerking
AcademiejaarPortfolio20,00De student kan aantonen dat hij de samenhang van de onderdelen ziet.
AcademiejaarPraktijkbeoordeling in een professionele context80,00Continu en ogenblikkelijk door de werkplekmentor en de lector tijdens het uitvoeren van de opdrachten.

Toetsing (tekst)

De toetsing zal grotendeels continu en ogenblikkelijk gebeuren door de werkplekmentor en de lector tijdens het uitvoeren van de opdrachten. Uiteindelijk, mits ondersteuning, bijsturing en correctie moet elke student elke opdracht succesvol kunnen afwerken, zij het met een verschillend niveau van ondersteuning. De evaluatie zal dan ook in eerste instantie gebeuren op basis van niveaus: niet behaald, bijna behaald, zelfstandig met sturing, zelfstandig zonder sturing of zelfstandig met zin voor initiatief.