Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen
Koninklijke Academie van Antwerpen
Atelier Fotografie 38256/3298/2425/1/84
Studiegids

Atelier Fotografie 3

8256/3298/2425/1/84
Academiejaar 2024-25
Komt voor in:
  • Bachelor in de beeldende kunsten, trajectschijf 3
    Afstudeerrichting:
    • fotografie
  • Bachelor of Arts in Visual Arts
    Afstudeerrichting:
    • Photography
Dit is een enkelvoudig opleidingsonderdeel.
Studieomvang: 30 studiepunten
Men kan dit opleidingsonderdeel niet volgen binnen een
  • examencontract (met het oog op het behalen van een creditbewijs).
  • examencontract (met het oog op het behalen van een diploma).
Titularis: Danckaert Bert
Andere co-titularis(sen): Verdijk Lukas
Onderwijstalen: Engels, Nederlands
Kalender: Academiejaar
Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).
Mogelijke grensdata voor leerkrediet: 31.10.2024 (Academiejaar)
Tweede examenkans: niet mogelijk.
Delibereerbaarheid: Voor dit opleidingsonderdeel moet je slagen (wordt nooit gedelibereerd).
Totale studietijd: 1080,00 uren

Volgtijdelijkheid

eerder ingeschreven voor Atelier Fotografie 2.

Begincompetenties (tekst)

Begincompetenties 3e BA zijn de eindcompetenties van het 2e BA (zie leerdoelen 2e BA)

OLR-Leerdoelen (lijst)

BA1 - Over de nodige artistieke vaardigheden beschikken om onder begeleiding een persoonlijk project binnen het brede spectrum van de beeldende kunsten te ontwerpen en/of te realiseren.
De student beschikt over de professionele vaardigheden die eigen zijn aan het vakgebied.
BA2 - Over de nodige kennis, vaardigheden en inzichten beschikken inzake materiaal, vorm, handeling, concepten, functie en inhouden van het gekozen medium.
De student verkent audiovisuele mogelijkheden
BA3 - Kennis en inzicht hebben en blijven ontwikkelen in de maatschappelijke, culturele, artistieke, historische en internationale context van de beeldende kunsten en de artistieke praxis.
De student beschikt over een brede kennis en gefundeerd inzicht in de traditionele en actuele beeldende (audiovisuele) kunsten.
De student kan de maatschappelijke impact van het productieproces herkennen en verantwoorden.
BA4 - Een kritische en onderzoekende houding ontwikkelen en aanscherpen ten opzichte van ontwerpen en/of realisaties die voortkomen uit beeldende experimenten en onderzoek, emotie en intuïtie.
De student beschikt over een doorgedreven onderzoeksattitude.
BA5 - In het ontwikkelen van een eigen beeldtaal vertrekken van een zoekende en reflecterende houding.
De student reflecteert over de eigen praktijk, kan een onderzoeksveld afbakenen, referenties aanhalen, een onderzoeksconcept en -context uitschrijven, en een artistiek statement m.b.t. een bachelorproject uitwerken.
De student kan de inzichten verworven tijdens de opleiding relateren aan (de betekenis van) zijn eigen werk.
De student kan in zijn praktijk de diverse verworven vaardigheden en inzichten synthetiseren en integreren.
De student kan zijn werk theoretisch plaatsen en koppelen aan de geschiedenis en actualiteit van de fotografie.
BA6 - Het karakteristieke van persoonlijke ontwerpen en/of realisaties vatten en op geëigende wijze communiceren.
De student kan een magazine maken (redactie, basisopmaak, aanleveren van correcte bestanden, verzorgen van sequentie en basale printtechnieken).
De student heeft inzicht in de tentoonstellingspraktijk is in staat om een groepstentoonstelling of een monoigrafische expo van te concipiëren en vorm te geven.
De student kan een eenvoudige website maken / digitaal portfolio
De student kan zijn artistieke positie verwoorden.

Leerinhoud

3e jaar: emanciperen

autonomie (internationale uitwisseling in 1e semester, stage, BA project)
Algemene doelstelling van 3 BA bestaat uit het positioneren van het individu. De student heeft nu een overzicht in de mogelijkheden van het medium en maakt bewuste keuzes die leiden tot autonoom werk dat in deze fase nog onder regelmatige begeleiding tot stand komt.
In nauwe samenwerking met de docenten worden eigen thema's en concepten uitgewerkt.
Tijdens het tweede semester ontwikkelt de student een Bachelorproject dat de basis kan vormen van een masterproject. Inhoudelijke en praktische problemen (organisatie, productie, presentatie,...) worden simultaan opgelost met een consequent eindproduct als eindpunt.
De projectweek is voor 3BA verplicht als onderdeel van de praktijk.

Buitenlandse uitwisselingsprojecten en cross-overprojecten worden in 3 BA bijzonder aangemoedigd.

Lezingen (o.m. in FOMU) bijwonen en hierover verslagen schrijven, tentoonstellingen (o.m. in FOMU) bezoeken en bespreken, praktijk gerelateerd opzoekwerk in de bibliotheek van FOMU (aanleggen van een logboek)

Studiematerialen (tekst): Verplicht

Spiegelreflexcamera digitaal (eventueel analoog toestel), statief en lichtmeter (uitleen door het atelier voor korte periode is mogelijk), Grootformaat-camera (aankoop niet verplicht, deze zijn aanwezig in het atelier), donkere kameruitrusting (aanwezig), videocamera (aanwezig, uitleen mogelijk), studiolicht (aanwezig), Pc / Apple Macintosh, scanners (aanwezig in het digitaal labo), A0 en A2 printers (zijn aanwezig in het digitaal labo).
Diverse vakliteratuur zowel artistieke, theoretische en technische thema's rond fotografie en beeldende kunst.

Onderwijsorganisatie

Werkvormen
Artistieke praktijk240,00 uren
Hoor- en/of werkcolleges30,00 uren
Werkplekleren en/of stage30,00 uren
Werktijd buiten de contacturen780,00 uren

Toetsing (lijst)

Evaluatie(s) voor de eerste examenkans
MomentVorm%Opmerking
Eerste examenperiodeBeoordeling artistieke praktijk100,00De aanwezigheid van de student is een vereiste voor dit opleidingsonderdeel. In het geval je gewettigd afwezig bent, breng je zo spoedig mogelijk een attest binnen op het secretariaat.

Toetsing (tekst)

toon -en controlemomenten tijdens het academiejaar

De quotering van de gepresenteerde werken steunt op volgende criteria:

1) Artistieke kwaliteit (creativiteit + authenticiteit)
2) Brede en volledige ontwikkeling (alle opdrachten dienen uitgevoerd te worden, een zo hoog mogelijk niveau wordt nagestreefd in elke opdracht, om zo de studenten op te leiden tot all-round fotografen.)
3) Vakbeheersing/materiaalkennis (printtechnieken, post-productie, lichtbeheersing, gebruik van de juiste fotografische tools om de intentie van de auteur over te brengen, bij boekprojecten is de sequentie, materiaalkeuze en formaat belangrijk. Als er met tekst gewerkt wordt, is het belangrijk dat deze op een goede manier wordt ingezet en van een voldoende hoog niveau is,...)
4) Communicatieve vaardigheden (de student kan helder (aan een groep) verwoorden waar hij/zij mee bezig is)
5) Referentie kader (de student kan zijn/haar werk plaatsen binnen de geschiedenis en de actualiteit en is in staat historisch onderzoek te voeren)
6) Participatie (groepskritiek, deelname aan workshops, lezingen, tentoonstellingsbezoek)