Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen
Mens en Maatschappij
Autisme in de context39462/3303/2425/1/67
Studiegids

Autisme in de context

39462/3303/2425/1/67
Academiejaar 2024-25
Komt voor in:
  • Bachelor autismespectrumstoornissen: een orthopedagogisch perspectief, trajectschijf 1
Dit is een enkelvoudig opleidingsonderdeel.
Studieomvang: 3 studiepunten
Titularis: Turpyn Vera
Andere co-titularis(sen): Vanderstijlen Anouck
Onderwijstalen: Nederlands
Kalender: Semester 1
Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).
Mogelijke grensdata voor leerkrediet: 15.10.2024 (1ste semester)
Tweede examenkans: wel mogelijk.
Delibereerbaarheid: Voor dit opleidingsonderdeel moet je slagen (wordt nooit gedelibereerd).
Totale studietijd: 78,00 uren

Volgtijdelijkheid

Op dit opleidingsonderdeel is er geen volgtijdelijkheid van toepassing.

Korte omschrijving

Binnen dit opleidingsonderdeel bekijken we autisme vanuit drie cruciale perspectieven.

1. Autisme in het gezin
De opvoeding van een kind met autisme stelt ouders voor unieke uitdagingen. Een ondersteunend sociaal netwerk van familie en vrienden, alsook een flexibele en aanpasbare opvoedingsaanpak die rekening houdt met de specifieke behoeften van het kind met autisme zijn mogelijks beschermende factoren.
Aan de andere kant kan bijvoorbeeld financiële stress als gevolg van de kosten van therapieën een risicofactor zijn en het vermogen van ouders om effectief om te gaan met de noden van hun kind met autisme bemoeilijken.
2. Wonen en autonomie
Kinderen verlaten op een gegeven moment het ouderlijk huis, en dit geldt ook voor mensen met autisme. Maar hoe verloopt dit proces voor hen? Welke factoren zijn in deze context beschermend en welke zijn risicofactoren ? En wat zegt wetenschappelijk onderzoek over dit onderwerp ?
Wat zijn mogelijks beschermende, dan wel risicofactoren op relationeel vlak ?
3. Leren en werken
Het onderwijs en de arbeidsmarkt brengen specifieke uitdagingen met zich mee voor mensen met autisme. Sommigen lopen vast in het onderwijs, anderen vinden moeilijk passend werk. Wat zijn mogelijks beschermende factoren, dan wel risicofactoren ? Welke maatschappelijke vragen roept dit op? En wat zijn redelijke aanpassingen om hen te ondersteunen in leren en werken?

De bedoeling is dat één van deze thema’s gekozen wordt en dat de studenten in een klein groepje zelf op ontdekkingstocht gaan met als doel zich te verdiepen in die context en eigen inzichten te ontwikkelen. Door te begrijpen welke factoren binnen een bepaalde context (gezin, wonen, leren en werk) een positieve invloed kunnen hebben en welke eerder uitdagend zijn, kunnen studenten doelgerichte ondersteuning bieden die aansluit bij de individuele behoeften van personen met autisme en hun omgeving. Studenten worden uitgedaagd om hun professionele vaardigheden in de omgang met personen met autisme in verschillende contexten verder te ontwikkelen en bij te dragen aan een inclusieve en ondersteunende omgeving voor mensen met autisme.

Begincompetenties (tekst)

De student past de spellings- en grammaticaregels correct toe in verslaggeving.

De student refereert conform de APA-normen.

OLR-Leerdoelen (lijst)

DLR1: De PBA autisme stuurt en verantwoordt zijn professioneel handelen vanuit (1) wetenschappelijke kennis over mensen met autisme in hun context en binnen alle levensdomeinen; (2) vanuit internationale en actuele evoluties; en (3) vanuit een inclusief en empowerend paradigma.
De student benoemt welke contextfactoren de ontwikkeling van een persoon met autisme bevorderen en bemoeilijken.
De student formuleert adviezen vanuit de algemene aandachtspunten van inclusief en krachtgericht handelen.
DLR3: De PBA autisme handelt planmatig in het beantwoorden van de complexe ondersteuningsvragen van mensen met autisme en hun stakeholders. Hij houdt hierbij rekening met diversiteit en interculturele verschillen.
De student formuleert adviezen om de context optimaal op de noden van een persoon met autisme af te stemmen.
De student brengt relevante beschermende factoren in de context van een persoon met autisme in kaart.
DLR5: De PBA autisme ontwikkelt en versterkt vanuit een kritisch-reflectieve houding en op een wetenschappelijk onderbouwde manier zijn professioneel handelen met als doelstelling kwaliteitsvolle en innoverende ondersteuning aan te kunnen bieden
De student linkt aangereikte kaders aan eigen handelen binnen de eigen (professionele) context.

Leerinhoud

In dit opleidingsonderdeel duiken we nog dieper in de wereld van autisme en de invloed van verschillende omgevingsfactoren. We gaan op zoek naar wat beschermend kan zijn en wat risico's met zich meebrengt in diverse settingen zoals gezin, school, werk en sociale omgeving. Deze factoren hebben een directe impact op hoe personen met autisme functioneren en hun ervaringen vormgeven.
Wat dit onderdeel extra waardevol maakt, is de ruimte die we creëren voor de stemmen van personen met autisme zelf. Ze delen hun persoonlijke verhalen over hoe diverse contextuele factoren hun functioneren beïnvloeden. Vanuit hun ervaringen reiken ze ook effectieve ondersteuningsstrategieën aan, die hen hebben geholpen.
Door de combinatie van theoretische kaders en echte ervaringen krijgen studenten de kans om een dieper begrip te ontwikkelen van de complexiteit van autisme. Dit helpt hen niet alleen om de diversiteit binnen autisme te waarderen, maar ook om beter voorbereid te zijn om te ondersteunen in verschillende contexten.

Studiematerialen (tekst): Verplicht

Studiematerialen: verplicht
- Recente tijdschriftartikels en onderzoekartikels (zelf op te zoeken door de studenten).

Studiematerialen: aanbevolen
- Een lijst met interessante literatuur wordt telkens aangevuld met recente werken en op digitap geplaatst.

Onderwijsorganisatie

Examentijd
Voorziene tijd voor toetsing2,00 uren
Werkvormen
Hoor- en/of werkcolleges12,00 uren
Werktijd buiten de contacturen64,00 uren

Toetsing (lijst)

Evaluatie(s) voor de eerste examenkans
MomentVorm%Opmerking
Eerste examenperiodeKennis- en inzichtstoets in de examenreeks30,00Het cijfer van dit deelexamen wordt overgedragen naar de 2de examenperiode indien de student niet geslaagd is voor het totaal van het opleidingsonderdeel maar wel geslaagd is voor dit deelexamen.
Eerste examenperiodeProjectopdracht70,00Groepswerkstuk en presentatie worden hier beoordeeld.Het cijfer van dit deelexamen wordt overgedragen naar de 2de examenperiode indien de student niet geslaagd is voor het totaal van het opleidingsonderdeel maar wel geslaagd is voor dit deelexamen.
Evaluatie(s) voor de tweede examenkans
MomentVorm%Opmerking
Tweede examenperiodeKennis- en inzichtstoets in de examenreeks30,00Als de student niet is geslaagd voor het opleidingsonderdeel: - worden de punten behaald voor dit deelexamen in de eerste examenperiode overgedragen indien de student geslaagd was voor dit deelexamen.- dient de student dit deelexamen af te leggen in de tweede examenperiode indien de student niet geslaagd was voor dit deelexamen
Tweede examenperiodeProjectopdracht70,00Groepswerkstuk wordt hier beoordeeld.
Als de student niet is geslaagd voor het opleidingsonderdeel:
- worden de punten behaald voor dit deelexamen in de eerste examenperiode overgedragen indien de student geslaagd was voor dit deelexamen.
- dient de student dit deelexamen af te leggen in de tweede examenperiode indien de student niet geslaagd was voor dit deelexamen

Toetsing (tekst)

Projectopdracht (70% =groepspunt)
1. Korte omschrijving van de toets:
Uitwerking van het gekozen thema gebaseerd op recente literatuur en onderzoek. Het gekozen thema moet geïllustreerd worden aan de hand van een uitgeschreven casus.
2. Toetsmethode: werkstuk
3. Bron: open boek
4. Toetsmedium: digitaal
5. Beoordelaar: lector

Mondeling examen (30%=individueel punt)
1. Korte omschrijving van het mondeling examen:
Elke student trekt (in groep) een individuele vraag over de projectopdracht. Deze vragen zijn gebaseerd op de individuele bijdragen aan de projectopdracht en op begrip van het onderwerp. Er worden punten verdiend door de individuele vraag correct te beantwoorden. Maar er is meer: er worden ook punten verdiend door een antwoord van een andere student aan te vullen of te corrigeren.
Dit betekent dat een student niet alleen verantwoordelijk is voor eigen kennis, maar ook actief moet luisteren naar de antwoorden van medestudenten. Het is een kans om samen te werken en van elkaar te leren. Door deze interactieve aanpak wordt de mogelijkheid gecreëerd om begrip van het onderwerp te tonen en te verdiepen, terwijl er ook nog geleerd wordt van medestudenten.
2. Toetsmethode: open vragen
3. Bron: open boek
4. Toetsmedium: mondeling
5. Beoordelaar: lector