Je installeert en implementeert netwerkonderdelen en -diensten in een fysieke -, virtuele - of cloudomgeving, volgens de noden van een organisatie of zijn gebruikers, of op basis van een bestaand plan.
| De student installeert en configureert in team conform vooropgestelde vereisten de nodige netwerkdiensten (DNS, firewall, proxy, webservices, mail, remote access, storage). |
| De student installeert en configureert zelfstandig twee netwerkbesturingssystemen (Linux en Windows) conform vooropgestelde vereisten. |
| De student installeert en configureert een VPS conform gekregen specificaties. |
| De student installeert en configureert zelfstandig endpoints conform vooropgestelde vereisten. |
| De student bouwt in team een netwerkinfrastructuur op volgens vooropgestelde functionele en technische noden. |
Je monitort, test en troubleshoot netwerkonderdelen en -diensten en stelt op basis hiervan verbeterpunten voor en werkt structurele oplossingen uit voor vastgestelde problemen.
| De student herkent verbeterpunten en stelt alternatieve oplossingen voor. |
| De student test en troubleshoot alle gemaakte implementaties binnen de projectcasus. |
| De student analyseert probleemmeldingen en vraagt extra informatie indien nodig. |
Je configureert en beheert netwerkonderdelen en -diensten om correct samen te werken, rekening houdend met de impact van wijzigingen.
| De student test en beheert de VPS.
|
| De student onderhoudt in team reeds geïnstalleerde besturingssystemen en reeds geïmplementeerde netwerkdiensten. |
Je herkent veiligheidsrisico’s binnen de netwerkomgeving en handelt correct en deontologisch om deze aan te kaarten bij belanghebbenden en te mitigeren.
| De student identificeert beveiligingsrisico’s binnen een project en stelt oplossingen voor. |
| De student past zelfstandig en proactief de best practices van systeem- en netwerkbeveiliging toe. |
| De student beveiligt een netwerk en zijn onderdelen op fysiek en logisch niveau tegen aanvallen. |
Je informeert, adviseert en ondersteunt de organisatie of zijn gebruikers omtrent het correct en veilig gebruik van de netwerkomgeving.
| De student communiceert in heldere taal over mogelijkheden en beperkingen van de geïmplementeerde oplossing. |
Je past de standaarden, best practices en geldende procedures binnen een organisatie toe inzake installatie, configuratie, automatisatie, beheer en beveiliging.
| De student installeert en beheert een bare metal hypervisor. |
| De student gebruikt docker containers. |
| De student beschrijft de verschillende cloud service modellen (IaaS, PaaS, SaaS, FaaS) en cloud implementatie modellen (private, community, public cloud, hybrid cloud). |
| De student verantwoordt genomen beslissingen binnen de projectcasus aan de hand van het CAMPUS framework. |
Je past de afspraken en geldende procedures binnen een organisatie toe inzake rapporteren en documenteren.
| De student documenteert in team de logische en de fysieke opbouw van het project. |
| De student documenteert in team de configuratie van de besturingssystemen, applicaties en netwerkservices aanwezig in het project. |
Je suggereert en implementeert oplossingen om een schaalbare, fout-tolerante en performante netwerkinfrastructuur te bekomen, rekening houdend met de IT business continuïteit.
| De student implementeert een back-upstrategie conform opgelegde vereisten.
|
| De student stelt in teamverband een DRP op voor zowel het fysieke als het logische netwerk.
|
| De student implementeert in team een load balancing oplossing. |
| De student past de principes van scalability toe. |
| De student implementeert en onderhoudt in team een high availability oplossing.
|
Je identificeert opportuniteiten tot automatisatie van taken binnen het implementeren en onderhouden van een IT infrastructuur en zet deze om naar de juiste code concepten of tools.
| De student automatiseert het nemen van backups. |
| De student automatiseert terugkerende configuratiehandelingen met behulp van scripts. |
| De student beheert docker containers met behulp van een orchestration tool. |
Je reflecteert over je functioneren, identificeert bij jezelf ontwikkelingsnoden en zoekt opportuniteiten om aan deze noden tegemoet te komen en om de eigen vaardigheden uit te breiden of te verdiepen.
| De student houdt een persoonlijk groeiportfolio bij waarin beschreven wordt welke technologie en/of nieuwe IT-evoluties er zelfstandig onderzocht werden. |
| De student houdt een persoonlijk groeiportfolio bij waarin beschreven wordt welke persoonlijke ontwikkelingsnoden er tijdens het project werden geïdentificeerd. |
| De student reflecteert over het eigen handelen en stuurt bij waar nodig. |
Je participeert positief-kritisch, constructief, actief en evenwichtig aan een multidisciplinair team,respecteert deadlines en werkt de eigen actiepunten kwaliteitsvol af.
| De student levert een actieve en evenredige bijdrage aan het teamwork. |
| De student participeert aan overlegmomenten en voert correct en tijdig afgesproken actiepunten uit. |
| De student geeft constructief feedback op het handelen van de teamgenoten. |
| De student handelt in het project correct, betrouwbaar en consistent. |
Je gebruikt de professionele Engelstalige vakterminologie correct en hanteert professionele communicatie afgestemd op de doelgroep.
| De student geeft in team vooruitgangsrapportering aan de begeleidende verantwoordelijke van het project. |