binnen trajectschijf 1 al minstens 54 studiepunten afgewerkt hebben EN (simultaan te volgen met Werkplekleren 3: magazijnbeheer OF geslaagd voor Werkplekleren 3: magazijnbeheer) EN (simultaan te volgen met Intervisie: magazijnbeheer OF geslaagd voor Intervisie: magazijnbeheer).

De werkrelatie is een driehoeksrelatie tussen de student, de mentor op het bedrijf, en de AP-lector die nu optreedt als persoonlijke coach. Student en coach overleggen op regelmatige basis over de vooruitgang en het leerpad (de progressietracker dient als basis voor deze dialoog).

Aangezien de student tijdens Werkplekleren 4 min of meer beschouwd wordt als een volwaardige collega, loopt dit vak enkel parallel met Intervisie. Werkplekleren 4 en Intervisie zijn dus strikt met elkaar verbonden.

Werkplekleren 4 vormt dan ook de laatste praktische toepassing van het curriculum. De student zal nu zijn rol op het bedrijf verder uitbouwen tot een volwaardige medewerker. De zuiver technische processen worden verondersteld van gekend te zijn, en de student kan deze volledig autonoom uitvoeren. De focus zal nu komen te liggen op het verdiepen van proceskennis, zoeken naar verbeteringsmogelijkheden en deze ook helpen implementeren. In vraag stellen van hick-ups in het bedrijfsproces en ze helpen verbeteren. In het werkoverleg is de student nu een volwaardige partner, hij zoekt actief naar oplossingen voor problemen, discussieert deze met zijn collega's, leidinggevenden en collega's uit andere afdelingen. Hij beheert de eigen werkplanning, en stemt proactief zijn prioriteiten af met die van het team.

Als regel zet de student zijn traject Werkplekleren 4 verder bij hetzelfde bedrijf waar hij Werkplekleren 3 heeft afgerond.

Opdrachten uit WPL3 worden nu min of meer als automatisme beschouwd:
• Dagdagelijkse opvolging met klanten en leveranciers in Nederlands, Engels, Frans.
• Professionele schriftelijke communicatie (e-mail) in Nederlands, Engels, Frans.
• Traceren van verloren of verlate zendingen.
• Opsporen van probleemgevallen (facturatiefouten, late leveringen, verloren zendingen, klachten,…) tot en met het oplossingsvoorstel (troubleshooting).
• Actieve deelname aan werkoverleg, shift-handover, stand-up meetings, status reviews,… - intern en met externe partners (onderaannemers, leveranciers, klanten).

De student zal nu meer focussen op het verdiepen van procesbegrip, het evalueren van de processen, en het formuleren van verbeteringsvoorstellen. Daarnaast zal hij zich ook actief toeleggen op het eigen ontwikkelingstraject:

- Bedrijfsinterne procedures aanmaken, wijzigen en trainen.
- Teamvergadering voorbereiden.
- Voor weerkerende problemen een root-cause analyse opstellen.
- Deelnemen aan ad hoc verbeterteams, designvoorstellen voor automatisering bespreken, deelnemen aan een integratietest op het WMS-systeem.
- Eigen werkplanning en prioriteitenlijst opstellen, afstemmen met afdelingsverantwoordelijke, en integreren met teamplanning.
- Persoonlijk Ontwikkelingsplan evalueren en verderzetten.
- Beslissing voorbereiden over mogelijk vervolgtraject: solliciteren bij dit bedrijf, elders, verder studeren?

De student levert een wekelijks verslag door de progressietracker. Deze dient als communicatiemiddel tussen student, stagementor (op het bedrijf) en coach (AP Hogeschool).

Behalve de 4 dagen Werkplekleren per week, zal de student ook actief deelnemen aan de terugkommomenten die op de campus georganiseerd worden.

Zelfevaluatie: De student maakt een zelfevaluatie op (1x tussentijds en 1x aan het einde van het semester) over het leertraject en zijn voortgang. Deze zelfevaluatie wordt dan samen met de evaluatie van de mentor en de werkpleklerenbegeleider besproken.