Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen
Gezondheid en Wetenschap
TAB 2.1 Geneeskundige pathologie28409/3389/2425/1/23
Studiegids

TAB 2.1 Geneeskundige pathologie

28409/3389/2425/1/23
Academiejaar 2024-25
Komt voor in:
  • Bachelor in de verpleegkunde (flex), trajectschijf 2
In andere opleidingen:
  • Bachelor in de verpleegkunde (4j ) als TAB 2.1 Geneeskundige pathologie
Dit is een enkelvoudig opleidingsonderdeel.
Studieomvang: 3 studiepunten
Titularis: Bosmans Johan
Andere co-titularis(sen): Van der Linden Eva, Wildiers Anja
Onderwijstalen: Nederlands
Kalender: Semester 1
Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).
Mogelijke grensdata voor leerkrediet: 15.10.2024 (1ste semester)
Tweede examenkans: wel mogelijk.
Delibereerbaarheid: Voor dit opleidingsonderdeel moet je slagen (wordt nooit gedelibereerd).
Totale studietijd: 77,00 uren

Volgtijdelijkheid

Op dit opleidingsonderdeel is er geen volgtijdelijkheid van toepassing.

OLR-Leerdoelen (lijst)

De student kan de potentiële problemen verbonden aan de perifere IV-therapie omschrijven (2.3.A.1) (niveau 2)
De student kan de voorbereiding, plaatsing en nazorg van een PEG-sonde met eigen woorden omschrijven (2.3.A.1) (niveau 2)
De student kan de belangrijkste syndromen en ziektebeelden van het cardiovasculair stelsel, de bloedvormende organen, het endocrien stelsel, het respiratoir stelsel, de nieren en urinewegen, het digestief stelsel en het zenuwstelsel de belangrijkste symptomen en de belangrijkste symptomen en tekens beschrijven (1.1.A.1) (niveau 2)
De student kan de belangrijkste diagnostische procedures en de voornaamste behandelingsprincipes weergeven (1.3.A.1) (niveau 2)
De student kan de meest voorkomende risicofactoren en oorzaken van deze ziektebeelden benoemen (1.3.A.1) (niveau 2)
De student kan de verpleegkundige aandachtspunten bij de neurologische patiënt omschrijven (2.1.A.1) (niveau 2)
De student kan de etiologie met betrekking tot doorbloedingsstoornissen van arteriële, veneuze en diabetische aard vanuit haar anatomische en fysiologische achtergrondkennis verklaren en van elke vorm de specifieke verpleegkundige verzorgingsitems aangeven (1.1.A.1) (niveau 2)
De student kan met eigen woorden de verschillende indicaties voor het plaatsen van een maagsonde omschrijven (1.1.A.1) (niveau 2)
De student kan de belangrijkheid van de respiratoire symptomatologie benoemen en hieruit gepaste verpleegkundige acties afleiden (1.3.A.1) (niveau 2)
De student kan de belangrijkheid van de urologische symptomatologie benoemen en hieruit gepaste verpleegkundige acties afleiden (1.3.A.1) (niveau 2)
De student kan de voornaamste onderzoeken uit de urologische specialiteit op gebied van voorbereiding en nazorg in een voor de patiënt bevattelijke taal verduidelijken en telkens de verpleegkundige nazorg hieraan koppelen (1.3.A.1) (niveau 2)
De student kan de voornaamste respiratoire onderzoeken op gebied van voorbereiding en nazorg in een voor de patiënt bevattelijke taal verduidelijken en telkens de verpleegkundige nazorg hieraan koppelen (1.3.A.1) (niveau 2)
De student kan de dagelijkse verzorging van een microsonde of PEG-sonde omschrijven (2.3.A.1) (niveau 2)
De student kan de aard van de gebruikte infusievloeistoffen omschrijven (1.1.A.1) (niveau 2)
De student kan de inloopsnelheid van een infuus in druppels/minuut en ml/uur berekenen (1.1.A.1) (niveau 2)
De student kan de bloedgroepen en resusfactor omschrijven (1.1.A.1) (niveau 2)

Leerinhoud

Anatomie / pathologie / verpleegkundige aspecten:

    • cardiovasculaire patiënt
    • nefrologisch-urologische patiënt
    • gastro-intestinale patiënt
    • respiratoire patiënt
    • neurologische patiënt
    • endocriene patiënt
    • hematologische patiënt

Studiematerialen (tekst): Verplicht

Cursus.

Digitap.

Onderwijsorganisatie

Examentijd
Voorziene tijd voor toetsing2,00 uren
Werkvormen
Hoor- en/of werkcolleges9,00 uren
Werktijd buiten de contacturen66,00 uren

Toetsing (lijst)

Evaluatie(s) voor de eerste examenkans
MomentVorm%Opmerking
Eerste examenperiodeKennis- en inzichtstoets in de examenreeks100,00Het examen bestaat uit kennis- en casusvragen.
Evaluatie(s) voor de tweede examenkans
MomentVorm%Opmerking
Tweede examenperiodeKennis- en inzichtstoets in de examenreeks100,00Het examen bestaat uit kennis- en casusvragen.

Toetsing (tekst)

Schriftelijk examen.

De totale examentijd voor deze kennis- en inzichtstoets bestaat uit de voorziene tijd voor deze toets plus ¼ extra examentijd voor alle studenten. De extra examentijd als individuele aanpassing is hierbij dus inbegrepen.