Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen
Gezondheid en Wetenschap
Praktijk integratie 237258/3401/2425/1/08
Studiegids

Praktijk integratie 2

37258/3401/2425/1/08
Academiejaar 2024-25
Komt voor in:
  • Postgraduaat Gespecialiseerde verpleegkundige in de kritische zorg: Praktijk integratie, trajectschijf 1
Dit is een enkelvoudig opleidingsonderdeel.
Studieomvang: 15 studiepunten
Men kan dit opleidingsonderdeel niet volgen binnen een
  • examencontract (met het oog op het behalen van een creditbewijs).
  • examencontract (met het oog op het behalen van een diploma).
Titularis: Verwimp Tom
Andere co-titularis(sen): Hereygers Nicky, Van Assche Tom, Vanden Panhuyzen Rina, Vandewalle Heidi, Vansteenbeeck Eva
Onderwijstalen: Nederlands
Kalender: Semester 1 of Semester 2 of Academiejaar
Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).

Volgtijdelijkheid

Op dit opleidingsonderdeel is er geen volgtijdelijkheid van toepassing.
Tweede examenkans: niet mogelijk.
Delibereerbaarheid: Voor dit opleidingsonderdeel moet je slagen (wordt nooit gedelibereerd).
Totale studietijd: 375,00 uren

Begincompetenties (tekst)

De student is Bachelor verpleegkunde.

OLR-Leerdoelen (lijst)

1. Respecteren: De verpleegkundige is in staat onbevooroordeeld de zorgvrager te waarderen. Hierbij wordt rekening gehouden met het waardepatroon van de zorgvrager en zijn omgeving.
1.1 Past de zorgsituatie aan in functie van de filosofische en ideologische overtuiging van de zorgvrager.
1.2 Integreert culturele aspecten in complexe zorgsituaties.
1.3 Handelt in functie van noden en behoeften van de zorgvrager en zijn omgeving in een complexe zorgsituatie.
1.4 Stuurt zijn handelen bij in functie van de interactie tussen het ziekteproces en waarden en normen van de zorgvrager.
2. Realiseren: De verpleegkundige is in staat acties te ondernemen om een optimale gezondheid en welzijn van de zorgvrager te realiseren.
2.1 Implementeert een systematisch zorgplan voor de zorgvrager en zijn omgeving.
2.2 Optimaliseert het zorgplan rekening houdend met het gewijzigde ziekte-inzicht van de zorgvrager.
2.3 Optimaliseert het behandelplan waarbij rekening wordt gehouden met de moeilijkheden/ mogelijkheden van de zorgvrager.
2.4 Houdt bij implementatie van oplossingen voor probleemsituaties steeds rekening met de inbreng/mening van de betrokken partijen.
2.5 Betrekt de zorgvrager en zijn omgeving bij de organisatie van de follow-up van de zorg.
2.6 Handelt juridisch verantwoord en omschrijft de beperktheden en hiaten in de wetgeving.
2.7 Voert de verpleegkundige handelingen uit in complexe zorgsituaties.
2.8 Evalueert en optimaliseert het verpleegkundig handelen in complexe zorgsituaties.
2.9 Optimaliseert de zorgsituatie in functie van het beschikbare personeel, materiaal en tijd.
2.10 Optimaliseert de zorgsituatie rekening houdend met de veiligheid van de zorgvrager en de omgeving.
3. Bijsturen: De verpleegkundige is in staat te reflecteren en de eigen inbreng te evalueren teneinde de zorgverlening systematisch en verantwoord bij te sturen.
3.1 Optimaliseert de zorgsituatie op basis van feedback.
3.2 Optimaliseert de zorgsituatie door reflectie.
4. Opbouwen: De verpleegkundige is in staat om de zorgverlening systematisch op te bouwen en te verantwoorden.
4.1 Verzamelt informatie om de wetenschappelijke opbouw van de zorgsituatie te sturen.
4.2 Past methodisch plannen toe in complexe zorgsituaties en vergelijkt hiervoor verschillende verpleegmodellen.
4.3 Neemt deel aan interprofessioneel overleg om de zorgsituatie te optimaliseren.
5. Begeleiden: De verpleegkundige is in staat de zorgvrager te ondersteunen teneinde een evenwichtige levenswijze na te streven.
5.1 Adviseert de zorgvrager en zijn omgeving teneinde tegemoet te komen aan zijn specifieke noden.
5.2 Instrueert en begeleidt de zorgvrager en zijn omgeving tot een levenswijze op maat.
6. Waarderen: De verpleegkundige is in staat de diverse beroepsspecifieke bevoegdheden en de visie op zorg binnen een intra - en interprofessioneel team te herkennen en te waarderen teneinde het samenwerken te optimaliseren.
6.1 Integreert de verschillende beroepspecifieke visies in een intra- en interprofessioneel team.
6.2 Integreert de verschillende beroepspecifieke bevoegdheden in de samenwerking binnen een intra- en interprofessioneel team.
7. Communiceren: De verpleegkundige is in staat te communiceren binnen een intra- en interprofessioneel team teneinde het samenwerken te optimaliseren.
7.1 Communiceert op een sociaal vaardige wijze binnen het intra- en interprofessionele team.
8. Coördineren: De verpleegkundige is in staat een coördinerende functie binnen een intra- en interprofessioneel team op te nemen.
8.1 Regisseert verschillende zorgsituaties.
8.2 Leidt een verpleegkundig team in de samenwerking met andere hulpverleners.
8.3 Coördineert en organiseert een interprofessioneel overleg.
9. Belangen behartigen: De verpleegkundige is in staat de belangen van het cliëntsysteem binnen het intra- en interprofessioneel team te behartigen.
9.1 Behartigt, in samenspraak met de zorgvrager, zijn belangen binnen het intra—en interprofessioneel team.
9.2 Verdedigt de rechten van de zorgvrager.
10. Ondersteunen: De verpleegkundige is in staat nieuwe teamleden te ondersteunen teneinde adequaat gedrag in een team te realiseren.
10.1 Begeleidt anderen rekening houdend met hun stijl van het leerproces.
10.2 Geeft feedback aan collega’s om de ontwikkeling van hun competenties te ondersteunen.
11. Zelfregulering: Reguleert het eigen leerproces door zichzelf en bronnen in de omgeving kritisch en gericht te analyseren en aan de hand van vooropgestelde doelen strategisch te handelen.
11.1 Professional: heeft een professionele attitude. Analyseert een probleem vanuit het perspectief van belanghebbenden (zorgvrager, collega's, instelling,…) en relevante contexten.
11.2 Manager: Handelt strategisch, innovatief en proactief en past het product of dienst aan ifv de kwaliteitsverbetering.
11.3 Student: Reflecteert over de eigen professionele ontwikkeling en de beroepshandeling en integreert de bevindingen en feedback van anderen in het handelen.
12. Interpersoonlijke vaardigheden: Communiceert met belanghebbenden op een correcte mondelinge en schriftelijke wijze, respecteert en draagt zorg voor relaties en de omgeving. Toont leiderschap en werkt efficiënt in team.
12.1 Communicator: communiceert mondeling en schriftelijk efficiënt en effectief binnen de beroepscontext.
12.2 Samenwerker: Werkt constructief samen om collectieve resultaten te verwezenlijken en neemt gepast leiding.
12.3 Pleitbezorger: komt op voor de belangen van de zorgvrager en respecteert het beroepsgeheim.

Leerinhoud

De student loopt 200u stage op een erkende intensieve zorgen naar keuze.
De student loopt 50u keuzestage op een erkende intensieve zorgen/erkende spoedgevallen/prehospitaal (steeds na overleg én met goedkeuring van stagecoördinatie).

Studiematerialen (tekst): Verplicht

Stagereglement postgraduaat de gespecialiseerde verpleegkundige in de kritische zorg.
Digitale leeromgeving: Praktijk integratie 2

Onderwijsorganisatie

Werkvormen
Werkplekleren en/of stage250,00 uren
Werktijd buiten de contacturen125,00 uren

Toetsing (lijst)

Evaluatie(s) voor de eerste examenkans
MomentVorm%Opmerking
Eerste examenperiodePraktijkbeoordeling in een professionele context70,00Stage
Eerste examenperiodePraktijkbeoordeling in een professionele context22,00Stageopdracht
Eerste examenperiodePraktijkbeoordeling in een professionele context8,00Stageadministratie

Toetsing (tekst)

Voor alle reglementering: zie generiek stagereglement geldig voor academiejaar 2024-2025.