Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen
Koninklijk Conservatorium van Antwerpen
Specifieke vakdidactiek Muziek: Live Electronics39454/3318/2425/1/78
Studiegids

Specifieke vakdidactiek Muziek: Live Electronics

39454/3318/2425/1/78
Academiejaar 2024-25
Komt voor in:
  • Educatieve master muziek en podiumkunsten, trajectschijf 4
    Keuzeoptie van afstudeerrichting:
    • Live electronics binnen Muziek
Dit is een enkelvoudig opleidingsonderdeel.
Studieomvang: 6 studiepunten
Men kan dit opleidingsonderdeel niet volgen binnen een
  • examencontract (met het oog op het behalen van een creditbewijs).
  • examencontract (met het oog op het behalen van een diploma).
Co-titularis(sen): Van Lembergen Diederik, Vinken Jan-Kris
Onderwijstalen: Nederlands
Kalender: Academiejaar
Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).
Mogelijke grensdata voor leerkrediet: 31.10.2024 (Academiejaar)
Tweede examenkans: wel mogelijk.
Delibereerbaarheid: Voor dit opleidingsonderdeel moet je slagen (wordt nooit gedelibereerd).
Totale studietijd: 180,00 uren

Volgtijdelijkheid

Op dit opleidingsonderdeel is er geen volgtijdelijkheid van toepassing.

Korte omschrijving

De vakdidactieken Live Electronics wordt gegeven door een vakspecialist. In deze lessen word je vertrouwd gemaakt met les- en jaarplannen, lesvoorbereidingen, examenprogramma's, repertoire. Daarnaast leer je hoe je deze stevige theoretische basis zo efficiënt mogelijk kan toepassen in je artistieke lespraktijk door o.a. microteaching en casussen. De lesmomenten worden bepaald in samenspraak met de vakdidacticus in kwestie.

OLR-Leerdoelen (lijst)

Dit opleidingsonderdeel omvat de volgende leerdoelen:
De student schat via observatie in welke keuzes er in een les gemaakt moeten worden.
De student zet artistieke passie, vaardigheden en persoonlijkheid in om de leerlingen te inspireren en te begeleiden in hun zoektocht naar de eigen artistieke persoonlijkheid.
Stelt een individueel jaarplan op voor de leerling in relatie tot het algemene gevolgde leerplan, met oog voor diens interesses en capaciteiten.
De student creƫert een leeromgeving aangepast aan de belangstelling en capaciteiten van de leerling(en) en heeft hierbij oog voor individuele ontplooiing, het algemeen welbevinden van de leerling(en) en de diversiteit van de groep.
De student kan lesmateriaal opbouwen vanuit het persoonlijk perspectief als Teaching Artist, en dit analyseren toepassen en doorgeven.
De student stuurt bij de leerling(en) aan op een correcte werkethiek met respect en waardering voor het materiaal.
De student brengt leerlingen een gepaste studiemethodiek aan en coacht hen bij het implementeren er van.
De student hanteert een open en communicatieve houding en is empathisch.
De student kan door attitudevorming leerlingen op individuele ontplooiing en maatschappelijke participatie voorbereiden.
De student kan verbanden leggen tussen de verschillende vakken en kan via vakoverschrijdende projecten ontwikkelingsprocessen opzetten.
De student kan flexibel gebruik maken van domeinspecifieke kennis en vaardigheden bij het voorbereiden en uitvoeren van een leeractiviteit, zowel uit de lessen vakdidactiek als uit de eigen artistieke praktijk.
De student kan voor de leerlingen gelijktijdige of opeenvolgende activiteiten gestructureerd laten verlopen. De student kan een timing opstellen, respecteren en indien nodig aanpassen.
De student kan, zonder eigenheid te verliezen, functioneren in teamverband.

Leerinhoud

Repertoire: technieken en oefeningen

- MIDI programming vs sampling
- software vs hardware
- creatieve vs technische oefeningen
- Vormgevoel opbouwen
- genrespecifieke oefeningen
- korte/kleine vs extensieve/grote opdrachten
- sandbox vs vrije oefening
- studio vs live

- Sonic Pi

- Gebruik van Raspberry Pi

- oefeningen per cognitieve niveau’s

Lesplanning

- Leerplan
- Jaarplan
- Lesvoorbereiding
- Doelstellingen bepalen en formuleren
- Observeren en evalueren van leerlingen
- Zelfevaluatie
- Bepalen van de beginsituatie
- Lesinhouden structureren
- Leerlingvolgsysteem
- Agenda

Instrumentkunde

- herkomst en geschiedenis van elektronische instrumenten
- verhoudingen met traditionele instrumenten
- meest gangbare synthese en sampling technieken
Lesmethodiek
- Creativiteit, muzikaliteit en stijlbesef
- Studiemethode
- Werkvormen (demonstreren, leergesprekken, improvisatie, spel, ...)
- Leermiddelen
- Muziekkeuze, ritme ontwikkeling, begeleiding
- Proeflessen maken/uitvoeren
- Organisatievormen, o.a. groepsgericht lesgeven
- Omgaan met leerlingen van verschillende leeftijden en in verschillende contexten

Leerkrachtenprofiel

- Engagement
- Aanwenden en tonen van de eigen artistieke identiteit en passie
- Persoonlijke visie
- Stimuleren van leerlingen om op zoek te gaan naar diens 'unieke artistieke ik'

Studiematerialen (tekst): Verplicht

Eigen syllabus, laptop, hoofdtelefoon, Ableton, Audacity, SonicPi, VCV Rack, Cardinal Synth

Onderwijsorganisatie

Werkvormen
Hoor- en/of werkcolleges20,00 uren
Practicum en/of oefeningen10,00 uren
Vormen van groepsleren5,00 uren
Werktijd buiten de contacturen145,00 uren

Toetsing (lijst)

Evaluatie(s) voor de eerste examenkans
MomentVorm%Opmerking
Eerste examenperiodeKennis- en inzichtstoets in de examenreeks40,00
Evaluatie(s) voor de tweede examenkans
MomentVorm%Opmerking
Eerste examenperiodeKennis- en inzichtstoets in de examenreeks40,00
Evaluatie(s) voor beide examenkansen, niet herhaalbaar in tweede examenkans
MomentVorm%Opmerking
Eerste examenperiodeKennis- en inzichtstoets permanent tijdens de lesweken (Permanente evaluatie)40,00
Eerste examenperiodeVaardigheidstoets permanent tijdens de lesweken (Permanente evaluatie)20,00

Toetsing (tekst)

Permanente evaluatie + examen: mondeling examen (specifiek live-electronics) + taak (lichamelijk bewustzijn voor docenten) .

Binnen elk onderdeel staat 60% van de punten op permanente evaluatie en 40% op het afsluitend examen en/of de taak (1ste examenperiode).

De student moet slagen voor elke deelproef van het opleidingsonderdeel om voor het volledige opleidingsonderdeel te kunnen slagen. Indien men voor een deelproef niet slaagt, wordt het laagste cijfer van de deelproef het cijfer van het hele opleidingsonderdeel en wordt de student voor het hele opleidingsonderdeel doorverwezen naar de volgende examenperiode.

Evaluatie

Raadpleeg ‘Toetsing (lijst)’ voor de specifieke evaluatieonderdelen of toetsvormen voor dit opleidingsonderdeel.

Tweede examenkans
Niet voor alle opleidingsonderdelen is een herkansing mogelijk. Raadpleeg ’Toetsing (lijst)' voor dit opleidingsonderdeel.

Een tweede examenkans:

• is niet mogelijk voor toetsvormen die gebruik maken van permanente evaluatie. Wanneer een tweede examenkans mogelijk is voor andere toetsvormen binnen hetzelfde opleidingsonderdeel, wordt het cijfer voor de toetsvorm(en) permanente evaluatie van de eerste examenperiode overgedragen naar de tweede examenperiode.
• is mogelijk voor de evaluatieonderdelen of toetsvormen die geen permanente evaluatie bevatten.

Aanwezigheidsvereiste

Een minimum van 2/3 aanwezigheid is vereist. Bij minder dan 2/3 aanwezigheid krijgt de student 0/20 voor (alle) toetsvorm(en) permanente evaluatie.

Voorwaarden voor gewettigde afwezigheid:

• Een afwezigheid gewettigd door een medisch attest geüpload in iBamaFlex
• Een vooraf aangevraagde en door het opleidingshoofd of de artistiek coördinator goedgekeurde afwezigheid