Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen
Koninklijke Academie van Antwerpen
Materiaal & Techniek GO341621/3443/2526/1/74
Studiegids

Materiaal & Techniek GO3

41621/3443/2526/1/74
Academiejaar 2025-26
Komt voor in:
  • Bachelor in de beeldende kunsten, trajectschijf 3
    Afstudeerrichting:
    • grafisch ontwerp
  • Bachelor of Arts in Visual Arts
    Afstudeerrichting:
    • Graphic Design
  • Schakelprogramma Beeldende Kunsten
    Keuzeoptie:
    • Grafisch ontwerp
  • Voorbereidingsprogramma Beeldende Kunsten
    Keuzeoptie:
    • Grafisch ontwerp
Dit is een enkelvoudig opleidingsonderdeel.
Studieomvang: 3 studiepunten
Titularis: Devrome Johan
Onderwijstalen: Nederlands
Kalender: Academiejaar
Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).
Mogelijke grensdata voor leerkrediet: 01.12.2025 (Academiejaar)
Tweede examenkans: wel mogelijk.
Delibereerbaarheid: Voor dit opleidingsonderdeel moet je slagen (wordt nooit gedelibereerd).

Volgtijdelijkheid

Op dit opleidingsonderdeel is er geen volgtijdelijkheid van toepassing.

OLR-Leerdoelen (lijst)

BA1 - Over de nodige artistieke vaardigheden beschikken om onder begeleiding een persoonlijk project binnen het brede spectrum van de beeldende kunsten te ontwerpen en/of te realiseren.
De student beschikt over de professionele vaardigheden die eigen zijn aan het vakgebied.
De student is in staat om op basis van waarnemingsoefeningen de uitbouw van een persoonlijke beeldtaal op te starten.
De student kan beeld en tekst binnen het manueel drukproces samenvoegen.
De student kan de aangereikte grafisch technieken creatief toepassen binnen zijn persoonlijk project.
De student kan de de relatie tussen beeldvorming en eigenschappen van bepaalde grafische technieken inzetten bij het produceren van eigen artistieke beelden.
De student kan de diverse weergavetechnieken, bladschikking en compositie, perspectief en verhoudingen, analyseren en toepassen binnen opdracht en vrij werk.
De student kan een beeldcompositie creëren en kan dynamisch omgaan met technieken dienaangaande.
De student kan een reeks werken ontwerpen die samenhoren.
De student kan op autonome wijze grafisch werk produceren.
De student kan zijn waarneming omzetten in een persoonlijke visie en beeldtaal.
De student kan, om tot eenheid binnen zijn ontwerp te komen, de nodige materialen en procédés adequaat inzetten.
De student kent de diverse beeldelementen.
De student kan een opdracht vormgeven via onderzoek, planning, documentatie, uitvoering en presentatie.
De student geeft blijk van gedrevenheid en kan de gegeven opdrachten zelfstandig uitvoeren.
De student vertaalt analyse en interpretatie in innoverende ideeën en concepten. (creatie)
De student ontwerpt informatieve beeld(reeks)en. (creatie)
De student ontwerpt literaire beeld(reeks)en. (creatie)
De student ontwerpt conceptuele beeld(reeks)en. (creatie)
De student ontwerpt redactionele of interactieve beeld(reeks)en. (creatie)
De student communiceert via beeldtaal met publiek. (creatie)
De student werkt aan artistieke projecten binnen beeldontwerp. (creatie)
De student vertaalt opdrachtanalyse in beeld. (realisatie)
De student ontwerpt beeld. (realisatie)
De student vertaalt de persoonlijke visie in beeldontwerp. (onderzoek)
De student vertaalt ideeën en concepten in authentieke beeldtaal. (creatie)
De student kan al deze aspecten toepassen binnen opdrachten en vrij werk.
De student werkt aan artistieke projecten binnen redactioneel ontwerp. (creatie)
De student vertaalt opdrachtanalyse in beeld en tekst. (realisatie)
De student ontwerpt beeld en tekst. (realisatie)
De student kan een idee formuleren.
De student kan een concept herkennen en vertalen.
De student kan een concept bedenken.
De student bewerkt en redigeert beeld en tekst. (realisatie)
De student kan een gegeven opdracht persoonlijk en plastisch verwerken.
De student kan een persoonlijke vraagstelling plastisch omzetten.
De student is in staat de verworven kennis, inzichten en vaardigheden te synthetiseren.
De student kan opgelegde opdrachten uitwerken (onder begeleiding van de docent).
De student is in staat om binnen een vooropgesteld tijdsbestek een hedendaagse beeldende invulling te geven aan een opdracht.
De student heeft zijn artistieke capaciteiten versterkt.
De student kan procesmatig werken.
BA2 - Over de nodige kennis, vaardigheden en inzichten beschikken inzake materiaal, vorm, handeling, concepten, functie en inhouden van het gekozen medium.
De student kan beeld en tekst binnen het manueel drukproces samenvoegen.
De student bewerkt en redigeert beeld en tekst. (realisatie)
De student kan een persoonlijke vraagstelling plastisch omzetten.
BA3 - Kennis en inzicht hebben en blijven ontwikkelen in de maatschappelijke, culturele, artistieke, historische en internationale context van de beeldende kunsten en de artistieke praxis.
De student kan een persoonlijke vraagstelling plastisch omzetten.
BA4 - Een kritische en onderzoekende houding ontwikkelen en aanscherpen ten opzichte van ontwerpen en/of realisaties die voortkomen uit beeldende experimenten en onderzoek, emotie en intuïtie.
De student kan een persoonlijke vraagstelling plastisch omzetten.
BA5 - In het ontwikkelen van een eigen beeldtaal vertrekken van een zoekende en reflecterende houding.
De student kan een persoonlijke vraagstelling plastisch omzetten.
BA6 - Het karakteristieke van persoonlijke ontwerpen en/of realisaties vatten en op geëigende wijze communiceren.
De student kan een persoonlijke vraagstelling plastisch omzetten.
De student kan op gevorderd niveau beeldend en inhoudelijk onderzoek uitvoeren, archiveren en presenteren.
Je communiceert doelgericht en transparant met verschillende belanghebbenden.
Je gaat op eigen initiatief en op regelmatige basis in dialoog over proces en werk.
BA7 - Het eigen artistieke project kunnen organiseren in samenspraak met anderen. 
De student kan zichzelf een opdracht geven rond compositie, vorm, kleur en ruimte.
De student is in staat (tussentijdse) deadlines te halen.
De student organiseert creatie en realisatie van eigen beeldontwerp. (organisatie)
De student organiseert eigen beeldonderzoek. (organisatie)
De student kan een briefing lezen en interpreteren.
De student kan een persoonlijke vraagstelling plastisch omzetten.
De student heeft een zelfstandige en procesmatige werkattitude en is zelfkritisch t.o.v. eigen werk en werkmethode.
De student kan het eigen functioneren ter discussie stellen en indien nodig bijsturen.
De student kan een planning opmaken, gaande van de kennismaking met het ontwerp tot de uiteindelijke realisatie ervan.
De student kan individueel, in duo of in groepsverband werken.
De student kan een een voorgesteld ontwerp in de praktijk realiseren.
De student kan een dialoog aangaan met de docent en commentaren van die docent gericht verwerken en integreren in het werkproces.
De student bezit een zelfstandige en zelfkritische houding.
De student getuigt van een continue inzet.
De student volgt een logisch, regelmatig en progressief werkproces.
De student kan procesmatig werken.
De student commentaren van de docenten integreren in zijn/haar werkproces.
De student houdt zich aan de gestelde deadlines.
De student kan procesmatig werken en in het werkproces deadlines respecteren
De student kan de commentaren van de docenten met maturiteit verwerken
De student kan de creatie en realisatie van een persoonlijk artistiek project organiseren. (organisatie)
De student kan het eigen onderzoek organiseren. (organisatie)
De student kan de productietechnische opmaak van het persoonlijke ontwerp verzorgen. (organisatie)
De student haalt vooropgestelde (tussentijdse) deadlines. (organisatie)
De student bewaakt de artistieke coherentie van het hele ontwerp. (organisatie)
De student heeft zelf-organisatorische competenties en kan zijn werk autonoom realiseren en uit eigen ambitie regelmatig werken.
De student bezit een positieve werkattitude tegenover zijn eigen werk en zijn omgeving/medestudenten en studio.
De student beheert het proces van ontwerp tot vertaling en kan in oplage drukken.
De student kan de opdrachten zelfstandig en creatief verwerken.
"De student kan zelfstandig zijn project uitvoeren en heeft organisatorische vaardigheden. "
De student respecteert de opgelegde deadlines en kan zijn werk tijdig finaliseren en presenteren.
De student kan het concept uitwerken, plannen en uitvoeren.
Je neemt de verantwoordelijkheid voor je rol in een gemeenschappelijk project.
Je werkt constructief samen met aandacht voor een diversiteit aan meningen en persoonlijkheden
Je werkt planmatig en gericht naar een eindresultaat toe.
Je organiseert en coördineert overleg.
Je reflecteert op een zelfstandige en kritische manier over het eigen functioneren.
Je toont consequent, neutraal en integer gedrag.
Je stelt je open voor dialoog met (gast)docenten, medestudenten,...
Je neemt actief deel aan dialoog met (gast)docenten, medestudenten,...
Je initieert het gesprek met (gast)docenten, medestudenten,...
Je bent zelfredzaam en maakt afspraken met je docenten.
Je ontwikkelt een open houding ten aanzien van samenwerking en durft je positie als maker ter discussie te stellen.

Leerinhoud

In Materiaal & Techniek staat gesture centraal: de betekenis ontstaat via de fysieke handeling en de directe interactie tussen observatie, vorm en materiaal. Studenten onderzoeken hoe tactiliteit, beweging en maakprocessen een eigen beeldtaal genereren. Door te experimenteren met diverse technieken verkennen ze hoe de act van het maken zelf betekenisvol wordt binnen grafisch ontwerp.

MTGO3 – Niveau: Verdiepend

Materiaal & Techniek 3 stimuleert studenten om een autonoom traject te ontwikkelen, vertrekkend vanuit een persoonlijke fascinatie of onderzoeksvraag. Studenten combineren technieken op innovatieve wijze en verkennen alternatieve maakprocessen, hybride installaties of performatieve toepassingen. De nadruk ligt op onderzoek, documentatie en positionering van het werk binnen het brede veld van grafisch ontwerp.

Studiematerialen (tekst): Verplicht

In het kader van dit opleidingsonderdeel worden diverse grafische ontwerpinstrumenten en productiemethodes gehanteerd (digitaal en analoog). In het bijzonder heb je een laptop nodig met een goed beeldscherm, goede processoren en voldoende werkgeheugen en opslagruimte om courante grafische software te gebruiken. De onderwijsomgeving zelf maakt voornamelijk gebruik van Apple computers en kan voorzien in aanvullende rekenkracht voor ontwerpprocessen die daarom vragen. Je hoeft nog geen persoonlijke laptop aan te schaffen voorafgaand aan de lessen: informatie over deze aankoop wordt bij aanvang van het academiejaar beschikbaar gesteld.

Toetsing (lijst)

Evaluatie(s) voor de eerste examenkans
MomentVorm%Opmerking
Eerste examenperiodeBeoordeling artistieke praktijk100,00

Toetsing (tekst)

Permanente evaluatie via toon- en controlemomenten tijdens het academiejaar.
Semester 1: richtinggevende evaluatie
Semester 2: definitieve jury
Proces en product worden samen beoordeeld. De jurybespreking op het einde van semester 2 bepaalt de eindscore.